Cijfers bepalen onze dagen

De presentatie van Hans Eijkelbooms boek ‘Amsterdam by Numbers’ vond plaats in het Stadsarchief van Amsterdam. Na afloop ging een klein ploegje getrouwen met de kunstenaar en zijn vrouw mee naar Arti, aan het Rokin, tien minuten lopen. Het was er druk, alleen aan een grote ronde tafel was plek. Er zaten een man en een vrouw te eten, eind vijftig.
Of het een probleem was als er een paar mensen bij kwamen zitten, vroeg een van ons. Geen probleem zeiden ze, waarna tien luidruchtigen, waaronder ik, tien stoelen bijtrokken. Weg was hun dineetje voor twee. Ze waren beide uitgedost volgens de regels van de deftige kringen, zij stijlvol zwart, hij wit overhemd met blauwe strepen, gaatjesschoenen, u kent het wel. Die deden iets commercieels, kon niet missen.

Het bleken toeschietelijke mensen te zijn. Na enig aftasten deden ze naar hartenlust mee met de kwinkslagen die over tafel vlogen. Het was Arnold Karskens, een vriend van de Eijkelbooms, die aan ze vroeg wat voor werk ze deden. Zij gaf les op een basisschool, hij op een middelbare school. In Amsterdam-West. Voor de klas, geen haar op mijn hoofd had aan die mogelijkheid gedacht. In Amsterdam-West nog wel, allesbehalve een makkelijke buurt.

Pas de volgende dag drong tot me door dat deze twee onverwachte tafelgenoten onbedoeld de essentie illustreerden van wat kort daarvoor ten doop was gehouden, Hans Eijkelbooms boek. Aan de oppervlakte is de klassenmaatschappij zo goed als verdwenen. Pas op, aan de oppervlakte. Je kunt aan de hand van kleding amper nog conclusies trekken over de status van wie je tegenover je hebt. Buiten kantooruren trekt iedereen aan wat hij wil.

Toch, ondanks die vrijheid laten mensen zich sturen, zonder het zelf in de gaten te hebben. Of zouden ze moedwillig iets aantrekken dat ze aan elkaar rijgt? Wat te denken van al die nummers die mensen op hun vrijetijdskleren dragen. Vijf weken rondkijken in Amsterdam had Hans Eijkelboom nodig om alle nummers tussen 1 tot 100 vast te leggen. Zag hij iemand met een nummer lopen dat hij nog niet had, drukte hij op de knop. Geen poespas, composities, rengbeng. Alle nummers wist hij zo te vergaren, op één nummer na, nummer 49. In het boek is er een witte pagina voor ingeruimd, de witte pagina 49. Hij staat temidden van negenennegentig foto’s die je niet bepaald poëtisch kan noemen. Foto’s banaal in hun onderwerp, banaal in hun vorm. Zo is onze wereld, zo is ons leven. Cijfers bepalen onze dagen.

Hans Eijkelboom had door kunnen blijven zoeken, er was ongetwijfeld een moment gekomen waarop nummer 49 voor zijn camera opdook. Maar hij heeft het zo gelaten. Een pagina voor wat zich niet in cijfers laat vatten.

Garry Winogrand, in alles een lichtend voorbeeld, fotografeerde zijn leven lang winkelende mensen, mensen van huis naar werk, mensen een dagje vrij. Vijf rolletjes per dag schoot hij vol, iedere dag van de week, in de hoop in het meest banale de zin van het bestaan te vangen. Een surrealist in de letterlijke zin van het woord. Een leven als een bezeten pelgrimstocht zonder eind. Maar wat hij ook keek, wat hij ook niet keek, het bovenwerkelijke was hem niet genadig, hij heeft die ene foto nooit kunnen maken. Hans Eijkelboom ook niet, maar hij heeft wel aangegeven waar we hem moeten zoeken. Op pagina 49.

Hans Eijkelboom
Amsterdam by Numbers
vormgegeven door Erik Kessels
€ 24
ISBN 978-90-75848-16-8
www.photonotebooks.com

• Dit boek is te koop in de PhotoQ Webshop