De veiling van anonieme foto’s bij Foam_Fusion afgelopen zaterdag heeft 30 duizend euro opgeleverd. De kijkdagen leidden tot een nieuw gezelschapsspel: van wie is welke foto?
Als ouverture op de geplande fotografieveiling leidde Adriaan Monshouwer een forum met fotografiemarktdeskundigen in, die het publiek over ‘De waarde van fotografie’ voorlichtten. Achter de microfoons zaten Barbara Jonckheer, fotografiekenner bij het veilinghuis Sotheby’s; Els Barents, directeur Huis Marseille en Willem Diepraam, fotograaf, verzamelaar en taxateur.
Diepraam opende de bijeenkomst met een prikkelend verhaal over ontwikkelingen in het verzamelen van fotografie. Hij relativeerde het fenomeen direct door te stellen dat collectioneren een uiting van welvaart, een extraatje op de menselijke basisbehoeften, vertegenwoordigt. En passant bereed Diepraam nog maar eens één van zijn stokpaardjes door iedereen die een foto van Cindy Sherman in zijn bezit heeft op te roepen die direct te verkopen. Hij noemde de waardering voor haar werk ‘een historische vergissing’.
De rest van zijn beknopte lezing bevatte meerdere intrigerende denkbeelden en een helder advies aan aspirant-verzamelaars. Die aanbeveling is samen te vatten in het vergaren van kennis en het ontwikkelen van smaak. En daar vooral buitengewoon eigenwijs in te zijn. Diepraams sleutelwoord luidde ‘Waarom?’. Waarom verzamelen, waarom dit onderwerp, waarom dit beeld, waarom deze fotograaf of periode, waarom dit genre?
Vervolgens stelde Monshouwer enige vragen aan Barents en Jonckheer. Zo vroeg hij Jonckheer ondeugend waar zij het eerst naar keek bij een aangeboden foto. Dat was toch de naam van de maker. En of Barents wel eens een foto op een veiling kocht. Weinig, de in Huis Marseille geëxposeerde fotografie wordt amper via veilingen verhandeld. Daarop kwam de waarde van de Nederlandse fotografie aan de orde. Die blijkt groeiende, maar dan wel in een markt die zich over de hele linie sterk heeft ontwikkeld.
Diepraam wees er op dat de fotografiemarkt een kopersmarkt is. Sinds de introductie van het medium zijn er onvoorstelbaar veel beelden geproduceerd. Er zijn volgens Diepraam feitelijk te veel goede foto’s. Hij merkte in dat verband op dat het niet moeilijk is foto’s te vinden die van dezelfde kwaliteit zijn als die van bijvoorbeeld Rineke Dijkstra, terwijl dat werk nooit de prijzen van Dijkstra’s foto’s zullen halen. Het verschil wordt veroorzaakt door de geraffineerde marketingtechnieken waar galeriehouders en andere belanghebbenden zich van bedienen. Een aspirant-verzamelaar doet er goed aan zich daarvan bewust te zijn.
Na deze uitdagende opmaat kon de veiling zijn aanvang nemen. Foam had bijna zeventig fotografen bereid gevonden werk ter beschikking te stellen voor de verkoop ten bate van AIDA, een organisatie die zich inzet voor vervolgde kunstenaars.
Het bijzondere aan deze veiling was dat alle beelden anoniem werden gepresenteerd. Het ontbreken van de naam van de fotograaf bij het werk leidde de voorgaande dagen al tot een nieuw gezelschapsspel in NRC Handelsblad en de expositie in het Foam. De belangstelling voor deze veiling was overdonderend. Het publiek dat geen plek meer kon vinden in de zaal, trachtte de veiling in de hal en zelfs vanaf de trappen te volgen.
Mark Grol, directeur van Sotheby’s, trad op als veilingmeester. Met humor, energie en souplesse wist hij de zeventig aangeboden foto’s bij nieuwe eigenaars onder te brengen. De prijzen liepen nogal uiteen. Een viertal foto’s ging voor 60 euro van de hand. Het merendeel bracht tussen 250 en 600 euro op. Uitschieters waren een Parijse foto van Ata Kando en een vrouwenportret (‘Eva’) van Laura Samson-Rous, die beiden voor 1300 euro werden verkocht. De hoogste prijs (3100 euro) werd betaald voor ‘Miss Barbie’, een foto uit 2005, waarover werd gefluisterd dat het een beeld van Dana Lixenberg zou betreffen.
Direct na de veiling maakte Marloes Krijnen de namen van de fotografen bekend. ‘Miss Barbie’ bleek een werk van de jonge fotografe Marijn Scheeres. Een fraai klassiek zwart-wit portret van een jongen, dat 280 euro had opgebracht, werd in 1991 door Lixenberg met een oude Rolleiflex gemaakt.
De amusementswaarde van deze bijeenkomst was door de wisselwerking van veilingmeester en publiek hoog. Het goede doel waar het allemaal om ging, krijgt een kleine 30.000 euro op zijn rekening overgemaakt.