Persbureau AP is een onderzoek gestart naar het opsporen en voorkomen van gemanipuleerde beelden in de fotojournalistiek. Nieuwe software heeft het bijna onzichtbaar manipuleren heel gemakkelijk gemaakt, maar het is ook software die kan helpen bij de opsporing van manipulatie.
In de geschiedenis zijn veel voorbeelden te vinden van gemanipuleerde beelden. In het analoge tijdperk waren de Russische propagandisten meester in het wegpoetsen van ambtenaren die uit de grate waren geraakt, maar ook nu zijn er veel voorbeeldente vinden. Om te vooromen dat journalisten de feiten naar hun hand zetten – zoals de Chinese fotograaf die het water op een foto van een overstroming van de knieën naar het middel had verplaatst voor dramatisch effect – hanteert AP stricte ethische codes. Daarnaast leiden ze hun fotografen en beeldredactie op in proper gebruik van Photoshop.
Het is echter ingewikkelder deze regels te hanteren wanneer er gebruik wordt gemaakt van burgerfotojournalistiek. AP hanteert de regel: ‘Een foto is beter dan geen’, zeker in het geval een journalist niet op een plaats van ongeval, delict of andere gebeurtenis kan komen. Recent zijn er voorbeelden opgedoken van gemanipuleerde beelden uit het Midden-Oosten waarvan de maker niet te achterhalen was. Het checken van de authenticiteit van een beeld wordt daarmee vrijwel onmogelijk. De weersomstandigheden worden gecheckt met het weerbericht voor die dag, kleding wordt vergeleken met lokale dracht, schaduwen worden bestudeerd.
Hany Farid, forensisch wetenschapper aan Dartmouth College, heeft software ontwikkeld waarmee foto manipulatie opgespoord kan worden. Het duurt echter even voor de foto helemaal gescand is en dan nog haalt het er niet alles uit. Het opgetrokken waterlevel bijvoorbeeld zou de test doorstaan. Daarnaast is er een vrij zwaar bestand nodig om de operatie uit te kunnen voeren. Toch is software aangevuld met heldere regels en training wel de enige oplossing voor het waarborgen van betrouwbare fotojournaistiek.
Dit artikel werd gepubliceerd op de website van de Nieman Stichting voor journalistiek aan de Amerikaanse universiteit Harvard en werd geschreven door Santiago Lyon, vice-president en ‘director of photography’ bij persbureau AP.
Bron: nieman.harvard.edu