Curatorenfotografie in Vitamin Ph

Voor de prestigieuze uitgave Vitamin Ph: New Perspectives in Photography nomimeerde een internationaal forum van 78 professionele kijkers 121 museaal opererende fotografen.
De samensteller, de Britse kunsthistoricus en universiteitsdocent TJ Demos, schreef de inleiding, 39 verschillende auteurs beschreven het werk van de 121 geselecteerde fotografen. Het gros van de 78 ‘nominators’ werkt als curator, de rest bestaat uit critici en een enkele kunstenaar.

Vitamin Ph wil een overzicht bieden op recente internationale ontwikkelingen in hedendaagse fotografie. Uit 600 nominaties zijn gevestigde en aanstormende kunstenaars geselecteerd die de afgelopen vijf jaar een bijzondere bijdrage aan het medium hebben geleverd. Eén en ander is afgedrukt in een groot, dik, prachtig gedrukt en verzorgd ‘naslagwerk’.

Door het uitgebreide netwerk van de samensteller en de breedte van de selectie is er in deze uitgave ook plaats voor fotografen/kunstenaars uit Zuid-Amerika en Afrika, al blijft hun aantal beperkt. De universitair opgeleide fotografen uit de Verenigde Staten lijken oververtegenwoordigd naast een mijns inziens eveneens buitenproportioneel grote groep kunstenaars uit het Verenigd Koninkrijk (waarvan het merendeel ongetwijfeld ook academisch geschoold is). De Nederlandse bijdrage, met twee fotografen, steekt daar wat schril tegen af.

De keuze voor Hans Eijkelboom (1949) en Céline van Balen (1965) geeft een indicatie van het arbitraire karakter van een project als Vitamin Ph. Hou me ten goede, niets ten nadele van het werk van Eijkelboom en Van Balen, maar wanneer je hun selectie afzet tegen de lijst van Nederlandse fotografen die zich de afgelopen vijf jaar internationaal hebben gemanifesteerd, ontstaat toch de indruk dat hier sprake is van een nogal subjectieve keuze. Daardoor ga je ook het in dit boek gepresenteerde werk met andere ogen bekijken.

Mijn eerste indruk wordt -helaas- bevestigd, al in de introductie op de eerste bijdrage: de Russische kunstenaarsgroep AES+F stelt dat ‘This world celebrates the end of ideology, history and ethics’. En dan volgen er nog 120 bijdragen waarin de arme lezer/kijker op een vaak belerende toon cultuurpessimisme, politieke correctheid en/of oppervlakkige diepzinnigheden gepresenteerd krijgt.

Hoe nu wordt de fotografie ingezet bij deze grote stellingen? Mijn inziens stranden veel van de goede bedoelingen in meer of minder fraai vormgegeven mystificaties. Soms oogt het werk bewust onbeholpen. Koude foto’s van lelijke stedelijke omgevingen moeten ons overtuigen van de nadelen van urbanisatie en jawel globalisering, de term waarin alle duivelse hedendaagse ontwikkelingen worden samengevat. Vaak is bij de opname de situatie door de fotograaf gecreëerd, in veel gevallen stelden de kunstenaars hun iconen met behulp van beeldbewerkingsprogramma’s samen.

Deze uitgave leidt bij mij tot een minder aangenaam déja vu; ik kan me nog herinneren dat we eind jaren tachtig, begin jaren negentig overspoeld werden door een golf geënsceneerde fotografie. De paintbox deed haar intrede, enige tijd later gevolgd door Photoshop. Een jaar of vijf daarna had het medium zich weer geregenereerd en zagen we het werk van een groot aantal van de (toen gehypte) kunstenaars/fotografen uit die periode nergens meer. Zou dat ook het lot zijn van de meeste in Vitamin Ph gepresenteerde fotografen? Heeft de heersende elite van kunsthistorici en -critici elk opeenvolgend lustrum behoefte aan een nieuwe visie om hun bestaansrecht te legitimeren?

Han Schoonhoven

Vitamin Ph, New Perspectives in Photography
Samenstelling: TJ Demos
Gebonden, 29 x 25 x 3,3 cm, 352 pagina’s, met 400 kleuren- en 100 zwart-wit foto’s
Uitgeverij Phaidon 2006
Prijs: 69,95 euro, tijdelijke aanbieding voor 55,95 euro.