Na het uitbreken van de oorlog met Japan hebben de Verenigde Staten hun landgenoten van Japanse afkomst vastgezet in primitieve interneringskampen. Dorothea Lange maakte er in de winter van 1942 een reportage over. De foto’s raakten zoek maar zijn kort geleden herondekt, zo meldt de New York Times vandaag.
Na de aanval op Pearl Harbour verklaarde de Verenigde Staten de oorlog aan Japan en haar bondgenoten. Uit angst voor sabotage en spionage besloot de overheid iedereen met een Japanse achtergrond gevangen te zetten. Er zijn in het totaal 110.000 Japans-Amerikanen, waarvan tweederde Amerikaans staatsburger was, voor langere tijd ondergebracht in gevangenkampen.
Dorothea Lange, bekend van haar prachtige reportages in het kader van de Farm Security Administration, kreeg van The War Relocation Authority de opdracht het leven in de kampen vast te leggen, vermoedelijk om aan te tonen dat de gevangen niet mishandeld werden en het internationaal recht gerespecteerd werd.
De fotografe werkte op 21 verschillende locaties, waar ze onder moeilijke omstandigheden moest fotograferen. De overheid verbood haar beelden te maken van de hekken, de wachttorens met zoeklichten, de gewapende bewakers en tekenen van tegenstand. Direct contact met de gevangenen werd ontmoedigd. Toch heeft Lange onversaagd de realiteit van de kampen getoond, waar meer dan honderduizend mensen soms onder dreiging van geweren ondergebracht werden in paardenstallen en gammele hutten, overgeleverd aan de hitte en de kou en in onhygiënische omstandigheden.
Deze reportage viel vervolgens onder de censuur en mocht dus niet gepubliceerd worden. Uiteindelijk zijn ongeveer 800 foto’s uit deze reeks in de National Archives opgeborgen, waar ze vijftig jaar onvindbaar bleven. De historici Linda Gordon en Gary Okihiro hebben het werk bestudeerd en publiceerden een studie met 119 foto’s: Impounded. Dorothea Lange and the Censored Images of Japanese American Internment.
Het blijkt dat de Amerikaanse overheid overging tot internering terwijl organisaties als de F.B.I. en de militaire inlichtingendienst in hun rapportages aangaven dat deze bevolkingsgroep ‘geen veiligheidsrisico’s’ opleverde.
De Japans-Amerikanen moesten zich op zeer korte termijn melden en waren gedwongen hun bezittingen ver onder de waarde te verkopen. In Impoundedschrijven Gordon en Okihiro dat de geïnterneerden op die manier tussen 2 en 6 miljard dollar (inclusief inflatiecorrectie) kwijtraakten. Pas in 1988, 43 jaar na het einde van de oorlog, heeft de overheid officieel haar excuses aangeboden. De verliezen van de Japans-Amerikanen zijn niet gecompenseerd.
Gordon en Okihiro zijn verontrust over de parallelen tussen de manier waarop de Amerikaanse overheid deze groep behandelde en de aanpak van moslims en andere Amerikaanse burgers sinds 9/11. In het kader van de wetten Patriot Act 1 and 2 kunnen immigranten, maar ook Amerikaanse staatsburgers eenvoudig hun burgerrechten ontzegd worden.
• Meer informatie en vier foto’s uit Lange’s serie: www.nytimes.com