Een bedrijfsfotoboek over een rondtrekkend spektakel

De Parade, de verzameling theatervoorstellingen die nu voor het zestiende jaar langs een aantal grote steden in Nederland trekt, heeft Europese aspiraties. Na het 15-jarig jubileum heeft artistiek directeur Terts Brinkhoff in verschillende interviews de hoop uitgesproken dat dit rondtrekkend theatercircus in volgende jaren ook Berlijn en andere Europese steden kan aandoen.
Dat vraagt om een campagne, en die wordt gevoerd. Publiciteit wordt onder meer geschapen met een tentoonstelling die Brinkhoff samenstelde voor het Theater Instituut Nederland; én met een tentoonstelling annex fotoboek gemaakt vanuit het Fotomuseum Den Haag.

Vanwege het jublieum zijn in overleg met curator Wim van Sinderen vijf fotografen uitgekozen die ieder een bepaald aspect van De Parade voor het voetlicht brengen. In het museum in Den Haag is dat zelfs letterlijk het geval: de foto’s hangen in een grote bijna vierkante ruimte waar geen licht van buiten invalt. De foto’s zijn daarom alle zorgvuldig uitgelicht, in een verder donkere ruimte. Dat geeft een licht feeërieke sfeer aan deze productie die het natuurlijk voor een groot deel moet hebben van de romantiek en de nostalgie van het circus die zo horen bij De Parade.

In het boek krijgen de fotografen nog meer ruimte om hun werk te laten zien. Het is misschien wat gek om vast te stellen, maar feitelijk is hier sprake van een bedrijfsfotoboek: fotografie die zorgvuldig vormgegeven wordt samengebracht in een boek om verschillende facetten van een bedrijf – en dat is De Parade naast die continue stroom van creativiteit natuurlijk ook – te tonen. Goed om te hebben als je in je Europese ambities gesprekken voert met autoriteiten. Kun je tenminste iets met body achterlaten na het bezoek.

De gekozen fotografen Annaleen Louwes, Hans Wilschut, Corb!no, Koos Breukel en Joyce van Tienen hebben ieder een eigen aspect van De Parade aangepakt. En dat hebben ze allen ook grondig gedaan. Louwes maakte indringende portretten van medewerkers en landschappen van de grasvelden nadat de tenten waren opgevouwen (wat een beetje het effect van graancirkels geeft). Hans Wilschut maakte in sprankelende kleuren architectuur-achtige foto’s van het ‘circus’. Terwijl Koos Breukel zich juist richtte op details die doen denken aan de tijden van het circus van de 19de en begin-20ste eeuw. Corb!no maakte een stel kenmerkende zwartwit-portretten van theaterberoemdheden. En Joyce van Tienen richtte zich op het grote aantal kinderen dat De Parade bezoekt.
Wim van Sinderen plaatst het geheel in zijn introductie dan nog in een traditie van circusfotografie waarin hij een lijn trekt van Robert Capa, via Lucebert naar Martin Parr.

Nostalgie en romantiek: het is van alle tijden. Op de Parade viert het hoogtij. En het is mooi dat er nu vanuit vijf invalshoeken een fotoboek van is.

Edie Peters


Days at the Parade
Tentoonstelling in Fotomuseum Den Haag
t/m 8 oktober
Fotoboek, ontworpen door Marten Jongema
Veenman Publishers, 35 euro
ISBN 90-8690-009-7

www.fotomuseumdenhaag.nl

www.deparade.nl