Vorig jaar december verscheen Jacob Olie: de mooiste foto’s van Amsterdam 1860- 1905. Deel 1: Van IJ tot Amstel. Olie was een liefhebber, pionier en een vakman. Zijn foto’s zijn een feest voor het oog.
Jacob Olie (Amsterdam 1834-1905) was een echte negentiende-eeuwer. Hij leerde zichzelf fotograferen, bouwde zijn eigen camera en bleef het apparaat en zijn opname- en druktechniek verbeteren. Deze foto’s zijn tijdens zijn leven voor zover bekend nooit gepubliceerd of tentoongesteld. Wanneer je deze nagelaten schat bekijkt, is dat bijna onvoorstelbaar.
Het fotoarchief kwam in twee perioden tot stand. Als jonge, leergierige timmerman begon Olie rond 1860 voor hem interessante architectuur te fotograferen. Daarnaast maakte hij portretten, enkele zelfportretten en opnamen van het stadlandschap, vooral in de directe omgeving van zijn huis op de Zandhoek, de kade aan het Westerdok in Amsterdam. De zelf geprepareerde glasnegatieven moesten voordat ze volledig droogden, belicht en ontwikkeld worden. Om zijn actieradius uit te breiden, richtte hij bij vrienden en bekenden elders in de stad geïmproviseerde doka’s in. Olie is de enige Nederlandse fotograaf van wie zoveel natte-collodiumglasnegatieven bewaard zijn gebleven, in het totaal vierhonderd.
Vier jaar later kwam aan Olie’s fotografische activiteiten een -voorlopig- einde. Hij maakte carrière als bouwkundig tekenaar, leraar en later directeur van de Ambachtsschool. In 1878 trouwde hij met Carolina Blossmann en samen kregen ze zeven kinderen, waarvan drie vroeg overleden. Carolina stierf, 34 jaar oud, in 1886 in het kraambed. Vanaf 1890 kreeg Olie weer tijd om te fotograferen. Hij bleef tot kort voor zijn dood actief.
In die laatste 14, 15 jaar was Olie buitengewoon productief. Het Amsterdamse Gemeentearchief trof in 1959 bij zijn nazaten een oeuvre aan dat bestaat uit 3700 glasnegatieven, 4000 afdrukken en 700 tekeningen en prenten. Nooit eerder was er een collectie foto’s ontdekt die zo’n goed beeld gaf van Amsterdam rond de eeuwwisseling.
Olie maakte in die periode gebruik van fabrieksnegatieven met een hogere gevoeligheid en betere toonschaal. Hij verwisselde zijn oude lens voor één van betere kwaliteit en paste met een elastiekje zijn sluiter aan zodat hij opnamen van 1/1000 seconde kon maken.
Het boek bevat 194 foto’s, het overgrote deel, 185 om precies te zijn, maakte Olie tussen 1890 en 1904. Zij voeren de kijker van het IJ, langs het Oosterdok, door de binnenstad, met de Dam, het Rokin en de grachten, via Amstelveld en Waterlooplein, langs de Amstel de stad uit.
Olie’s hartstocht voor architectuur en stedebouw straalt af van zijn prachtige opnamen van de hoofdstad. Maar hij had ook oog voor het dagelijks leven van zijn stadgenoten. Hoe zij bezig zijn met duiven, kippen en geiten tijdens de maandagmarkt op het Amstelveld; hoe schepen geladen en hoe goederen op de handkar of met paard en wagen getransporteerd worden.
Wanneer je in het gratis toegankelijke beeldarchief van Amsterdam bovenstaande foto uitvergroot, zie je hoe beheerst, bijna gracieus, twee keurig aangeklede Amsterdammers het houten roeibootje afstappen dat als veer fungeert. Dit is een foto van het dichtgevroren Afgesloten IJ, met aan de overkant de gebouwen van het Amsterdams Petroleum Entrepot. Een rustig wachtende jongeman kijkt de toeschouwer aan en even zijn we daar, 14 februari 1895.
Han Schoonhoven
Jacob Olie: de mooiste foto’s van Amsterdam 1860- 1905. Deel 1: Van IJ tot Amstel
fotografie: Jacob Olie
inleiding: Anne Marie Boorsma en Ingeborg Leijerzapf
paperback, 22,5 x 16,5 cm, met 194 foto’s in duo-toon
uitgever: De Verbeelding Amsterdam 2006
prijs: 24,90 euro
• op de website van Gemeentearchief Amsterdam zijn enige honderden foto’s van Olie te zien: gemeentearchief.amsterdam.nl