Het zijn vaak de meest eigenaardige casus die aanleiding geven tot juridisch interessante uitspraken. De Rechtbank Amsterdam moest zich recentelijk buigen over zo’n casus. Straatvoetballer Wasi heeft voor Monta als fotomodel gediend voor reclamecampagnes. Wasi is voor promotionele doeleinden voor Monta gefotografeerd door fotograaf Lans. Na het einde van de samenwerking gebruikt Monta een logo waarin een silhouet van Wasi is verwerkt. Het silhouet is overgetrokken van een eerder gemaakte foto van Lans, genomen tijdens de samenwerking tussen Wasi en Monta. Wasi en Lans hebben hiervoor beide geen toestemming gegeven. Mag dat?
De Voorzieningenrechter moet eerst oordelen over de vraag of het overtrekken van de foto naar een silhouet een auteursrechtelijk relevante handeling is. Dat is zo: ‘Vast staat dat het voor dat logo gebruikte silhouet een bewerking is van een door Lans gemaakte foto. De ontwerpster van het logo heeft met zoveel woorden verklaard dat zij het silhouet heeft overgetrokken (…). Daarmee is sprake van een verveelvoudiging van het werk van Lans.’ In beginsel, zo oordeelt de rechtbank, zou er toestemming door Lans verleend moeten worden voor het handelen van Monta. Toestemming waar de rechtbank van uitgaat dat die onder normale omstandigheden ook gegeven zou worden, mits verzocht, doch toestemming waar voor Lans een prijskaartje aan gehangen zou hebben.
De Rechtbank oordeelt vervolgens dat het overtrekken van het silhouet geen aantasting van persoonlijkheidsrechten oplevert. ‘Dat zou mogelijk anders kunnen zijn als de foto waarvan het silhouet is overgetrokken bij het publiek bekend was’, aldus de rechtbank, maar dat is niet zo. Ook de naamsvermelding doet volgens de rechtbank niet terzake, omdat Lans daarop nooit eerder aanspraak maakte en naamsvermelding in dit geval ‘praktisch gezien niet haalbaar zou zijn’.
De Rechtbank komt tot het oordeel dat geen verbod wordt opgelegd. Opmerkelijk genoeg moet er wel schadevergoeding betaald worden! De Voorzieningenrechter acht het namelijk aannemelijk dat in een andere tussen partijen lopende procedure (over hergebruik van gemaakte foto’s) Lans een schadevergoedingsvordering krijgt toegewezen. De Voorzieningenrechter wijst daarom in deze procedure Lans een bedrag toe van € 10.000,– als ‘redelijk’ voorschot.
Opmerkelijk is voorts dat wordt aangenomen dat de fotograaf Lans spoedeisend belang heeft bij toewijzing van de door hem in dit kort geding ingestelde schadevergoedingsvordering. De (motiverings)eisen daarvoor zijn vrij streng, maar niet (duidelijk) terug te vinden in het vonnis. Wel een opsteker voor fotografen, want de Voorzieningenrechter motiveert een en ander door te oordelen dat ‘het hier gaat om het gebruik van een foto van een professioneel fotograaf die met het maken van fotografische werken in zijn levensonderhoud voorziet.’
—
Joost Becker is advocaat Intellectuele Eigendomsrecht en Internetrecht bij Dirkzwager te Arnhem (afdeling IE-IT, e-mail: becker@dirkzwager.nl, telefoon: 026-353 83 77).