Maandagmiddag is de Nederlandse fotografie een van zijn markantste figuren verloren: Frido Troost overleed na een korte en hevige strijd aan kanker. Weinigen wisten meer, noch konden ze hartstochtelijker vertellen over alle soorten van fotografie uit met name het verleden. Troost was oprichter van de Haarlemse vintage photo gallery ICM (Intstitute for Concrete Matter), freelance curator en docent aan de Gerrit Rietveld Academie.
Frido Troost hoorde enkele maanden geleden dat hij zo ziek was dat genezing er niet meer in zat, hooguit enig uitstel. Eind vorige week besloot hij de behandeling die hij onderging te beëindigen. Hij laat zijn vriendin en een zoon na.
Iedereen die het karakteristieke foto-antiquariaat bezocht, maakte onvermijdelijk kennis met zijn deskundigheid en de levensvreugde waarmee hij die uitdroeg. Het ICM was gevestigd in een oude smidse in het centrum van Haarlem, waar hij een droom realiseerde. Samen met ‘stille vennoot’ Gilles Krantz bouwde Troost daar een fotografiecollectie op, die sinds de oprichting in 2000, zowel in omvang als in kwaliteit bleef groeien.
Het ICM heeft een collectie van ruim 60 duizend beelden, variërend van snapshots en gevonden foto’s tot werk dat is gemaakt volgens hoge professionele standaard; grotendeels van 1850 tot 1960, zoals het op de website staat omschreven. De meeste klassieke technieken en formaten maken er deel van uit.
Troost vond, kocht en verkocht de vergroter van koningin Wilhelmina, bracht een ongelooflijke hoeveelheid stereobeelden samen, kon je de finesses van de talloze negentiende-eeuwse technieken uitleggen en er frappante voorbeelden bijhalen. Hij laat een bibliotheek achter waarin vele zowel klassieke als obscure titels uit de fotografiegeschiedenis zijn te vinden. Die boeken stonden naast een indrukwekkende verzameling contemporaine fotoboeken.
De collectie van het ICM, Troosts geesteskind, wordt met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid opgenomen in de immense verzameling van het Archive of Modern Conflict, een Brits initiatief dat op creatieve hedendaagse wijze historische fotografie in verrassende kaders plaatst. Troost volgde met grote belangstelling de boeken die uit dit archief voortkwamen. Nadat hij rond de jaarwisseling het slechte nieuws kreeg, vertelde hij vriend en collega Willem van Zoetendaal dat hij de ICM-collectie graag daar ondergebracht zag. Van Zoetendaal maakte contact met de verzamelaars-uitgevers van het archief en nodigde hen uit in Haarlem.
Frido Troost was een gewaardeerd docent fotografiegeschiedenis aan de Rietveldacademie. Zijn kennis van en liefde voor allerhande vormen van het medium lieten op veel studenten een blijvende indruk achter. Samen met Van Zoetendaal produceerde Troost, als Basalt Publishers, een reeks excellente fotoboeken.
Tijdens zijn werk voor Spaarnestad Photo (van 1988 tot 1992) onderzocht hij het archief van de eigenzinnige fotojournalist Wiel van der Randen. Door zijn enthousiasme over diens bijzondere foto’s kwam er een tentoonstelling en een boek.
Degenen die hem ooit ontmoetten zullen het beamen: Frido Troost was een pleitbezorger, een liefhebber, een deskundige van het fotografische beeld, zonder terughoudendheid, met jongensachtige overmoed. In een laatste gesprek met vrienden adviseerde hij hen zijn levensmotto aan te houden: er vol voor gaan.
—
Merel Bem schreef vorig jaar voor de Volkskrant een treffend portret over Frido Troost en het ICM, dat nu is te lezen op haar blog The Aubergine Coat: Terribly Awesome