Spiegels als een inventaris van zinsbegoocheling
‘Geloof niet. Geloof nooit. Zilver. Herinnering, en niets is echt. Strelen van lege kleren met een lege hand.’ (FdV) Het net geciteerde haiku-achtig vers kwam in mijn hoofd toen in het midden van de nacht (zaterdag 3 maart om 2 uur) mijn goede vriend én fotofilosoof Willem Elias mij een smsje stuurde met het bericht dat ‘beste fotograaf van Vlaanderen is dood, gehoord’. En inderdaad, Patrick De Spiegelaere (PDS) is niet meer. Hij nam afscheid van onze niemandswereld. Verkropt verdriet en schamper verlangen rest ons. In de foto’s van PDS is weemoed nooit veraf. Als vriend van de PDS-foto’s heb ik veel droefheid om te uiten en te delen met u allen.
‘Er is een groot fotograaf heengegaan, een boegbeeld van het Belgische fotoleven van de laatste decennia. Deze uitspraak is zwaar genoeg, meer moet ik daarover niet kwijt… PDS was een fotograaf die uitermate actief was, zowel in België als internationaal. In onze contacten hebben we vaak gelachen. Zowel luidop als stil want hij was een meester in het beheersen van de ironie. ‘De lach is een spreken op glad ijs’. Ja, in het discours van de lach – net zoals in de fotokritiek zijn er gradaties. Vandaag spreken we echter de taal van de droefheid. Die is nog moeilijker. Moeten we vloeken en samen nog triestiger zijn? Of moeten wij ons troosten met wat lichtere noten en aanzetten tot berusting en gelatenheid? In de taal van de droefheid is het moeilijk genuanceerd te spreken.
Naar aanleiding van het boek ‘De lichte kamer’ vroeg ik hem een statement over zijn werk te schrijven. Hij reageerde per kerende met dit bericht: “Beste Johan, Een statement over mijn werk zal veel minder vlot gaan maar ik heb nog een dag. Geef me nog even tijd.” En een dag later (27 juli 2005) kwam dit binnen: “Op zoek naar beelden, compositie ; ik ben op zoek naar harmonie. Ik stel geen vragen, laat dat aan de kijker over. Ik maak foto’s voor mezelf, voor mijn ogen, met mijn linkeroog. En alleen, vooral alleen en met mezelf.”
Beste Patrick, je hebt iets waargemaakt in je leven en daar valt niet naast te kijken, verbonden als het was aan een journalistiek rijk gevuld leven. Je hebt naar je beste vermogen de impulsen uit je nabije omgeving omgezet in een oeuvre. De diverse media waar je voor werkte, wiegden je op een artistieke wijze. We hebben je soms voorzichtig kritisch – soms kwaad – soms ontroerd – maar altijd gedreven – oordelen horen vellen over collega’s, over kunstenaars, over strijdmakkers, over de media, over vriend en vijand. Vaak had je last dat ze niet snel genoeg dachten, dat ze niet mee gingen in jouw vaak open én beeldend denken. Jouw foto kwam in je hoofd voor de tekst van de schrijvende journalist op papier stond. Je was ons allen soms een stapje voor. Je wist ook zoveel. Je background situeren is onbegonnen werk. Je was een nieuwsgierig en onderzoekend; op de hoogte van zeer veel; geïnteresseerd in cultuur en landen, als in de kleine anekdoten; goed geïnformeerd over je voorgangers in de geschiedenis van de fotografie; je collega’s, gepassioneerd door lekker eten. Je kritische houding was geen pose maar werd bepaald door je intelligente benadering van het creatieve proces. Je visuele mondigheid hield in dat je je ogen hebt gebruikt om de dingen te tonen zoals je ze dacht en je in te zetten voor je idealen.
Ik had je liever op het artistieke strijdveld zien sneuvelen liefst vele decennia later. Maar je hebt goed geleefd, Patrick. Je was een echte werker die kon genieten, een genieter die kon werken. Je was geen arrivist. Je hebt geen toegevingen gedaan aan de fotowereld. Je werkte voor de media, maar je liep de pers niet achterna. Je drong je nooit op de voorgrond. Maar je was er wel altijd. Twijfels heb je gekend, maar die zijn geestelijk zeer gezond. Je wist wat je aan ’t doen was.
Ik heb tot hier steeds in de verleden tijd gesproken, de tijd van de dood. Weliswaar in de onvoltooid verleden tijd. Er is ook nog een toekomst. Fotografen op het niveau van PDS blijven immers voortleven via hun werk. Veel kunstenaars zijn gestorven exact op je leeftijd: Baudelaire, Lovecraft, Camus maar ook één van je lievelingsschrijvers: Jack Kerouac. Robert – The Americans – Frank, weet-je-wel…
De media heeft vanmorgen ruim het droevige nieuws verspreid, telkens in zeer positieve bewoordingen. Je collega’s zijn in goede doen over jouw verdiensten. Eindelijk. Terecht. Je fotofrequentie met de niemandswereld ben je kwijt, je foto’s blijven echter leven voor ons: als vriend én voorbeeld.
Johan Swinnen 3 maart 2007
•Nieuwsbericht op PhotoQ: Fotojournalist De Spiegelaere (46) overleden