De jury van de Photo Academy Award van dit jaar signaleert een nieuwe trend: ‘Waar voorheen Volkskrant Magazine de norm was waar de fotografiestudent zich op richtte, lijkt het nu dat de aspirant het toverwoord DutchDocAward heeft ontdekt.’
De jury, onder voorzitterschap van Lars Boering, directeur van de FotografenFederatie, maakt zich er een beetje zorgen over: ‘(…)daar gaat het dan ook meteen mis. De in Nederland aanwezige verwarring over documentaire fotografie zorgt er voor dat men nu tussen de wal en het schip uitkomt; er zijn nauwelijks goede verhalende series te vinden en wat er ligt probeert erg nadrukkelijk verhalen vertellen en beeldende kunst tegelijk te zijn. De trend van het maken van egodocumenten die toch weer allemaal op elkaar gaan lijken zet door.’
Het algemene gedeelte uit het juryrapport:
IJverig en gretig storten de juryleden zich op de fotorivier die door het pand meandert. De Photo Academy Award bewijst zijn positie tussen de vele wedstrijden. Opnieuw een enorme hoeveelheid foto’s verspreid over twee verdiepingen in vele kamers. Maar liefst drie ruimtes vol met boeken. En een ruimte waar multimedia te zien is.
Algemene indruk
Het wordt snel duidelijk dat een aantal foto’s, en fotoseries, daadwerkelijk een verhaal vertelt aan de kijker en dat de kandidaten die in de finale jurering terugkomen zich makkelijk laten selecteren.
Er zijn zeer veel boeken te zien en de algehele indruk daarvan is dat deze met veel zorg een aandacht worden gemaakt en ook bij de Multimedia is sterk werk aanwezig. De juryleden zijn het erover eens dat er vooral bij de fotoseries veel werk ligt dat blijft steken in ideee?n; fotografie als doel en niet als middel Het werk is niet altijd fotografisch en technisch goed uitgewerkt. Bij veel foto’s en series krijg je het gevoel dat nog eens kijken en nog eens nadenken beter zou zijn geweest. Er is namelijk veel werk te zien dat lijkt op bekend werk dat er al is, en bij velen mist de jury dan ook originaliteit. Met name bij de modefotografie valt op dat de styling heel vaak ernstig te kort schiet. Kort gezegd: Er liggen heel veel foto’s maar echt iets zien, dat duurt even.
Waar voorheen Volkskrant Magazine de norm was waar de fotografiestudent zich op richtte, lijkt het nu dat de aspirant het toverwoord DutchDocAward heeft ontdekt. Maar daar gaat het dan ook meteen mis. De in Nederland aanwezige verwarring over documentaire fotografie zorgt er voor dat men nu tussen de wal en het schip uitkomt; er zijn nauwelijks goede verhalende series te vinden en wat er ligt probeert erg nadrukkelijk verhalen vertellen en beeldende kunst tegelijk te zijn. De trend van het maken van egodocumenten die toch weer allemaal op elkaar gaan lijken zet door. De hoeveelheid documentaire fotografie is enorm maar er ligt nauwelijks werk dat zo in de krant of tijdschriften mee kan zonder flinke ingrepen. Toch de plek waarin men het nog altijd graag terugziet. Een nog sterkere aandacht voor editen en meer beperking blijft belangrijk. Minder is vaak meer. Maar positief is: er is een stevige top die met hard werken en doorzetten ver kan komen.
De keuzes
De jury neemt haar werk uiterst serieus, men kijkt zeer geconcentreerd en geeft elke inzending voldoende aandacht. Na de lunch vraag ik de leden hun oordeel te vellen. De nominaties voor de categoriee?n worden genoteerd en er wordt serieus gediscussieerd over wie tot de kandidaten behoren. Daarna is het tijd voor de overall jury om de winnaar te kiezen. In de finale liggen 15 foto’s, series en boeken op tafel. Veelal het werk dat zich na de eerste ronde van kijken aan de kijker al openbaarde. In zeer korte tijd brengt de jury de selectie terug tot 10 en in een volgende ronde zijn er nog 6 over. Constructieve discussie, analyse van wat er op tafel ligt en de ervaren blik van de juryleden brengt soepel een top drie tot stand waarbij unaniem gekozen wordt voor de uiteindelijke winnaar, waarbij moet worden aangetekend dat het verschil tussen de nummer e?e?n en twee bijzonder klein was.
Zie ook het nieuwsbericht: Photo Academy Award 2012 voor Antonio Granata