De Cambodjaanse fotograaf Dith Pran is zondagochtend overleden in New Jersey. Zijn foto’s van de oorlog in Cambodja in de jaren zeventig, gepubliceerd in de New York Times, waren een grote bron van inspiratie voor de speelfilm The Killing Fields. Kanker in de alvleesklier werd hem fataal.
In de tweede helft van de jaren zeventig kwam in Cambodja, nadat de Vietnam-oorlog uitwaaierde naar dit westelijke buurland, een gruwelijk bewind aan de macht, de Rode Khmer. Twee miljoen Cambodjanen werden om het leven gebracht, een derde deel van de totale bevolking.
Dith was fotograaf en journalistiek assistent van Sydney H. Schanberg die indertijd correspondent Zuid-Oost-Azië was voor de New York Times. In 1975 werd Schanberg gedwongen het land te verlaten, terwijl Dith gevangene van het Khmer-regiem werd. Voordat dit gebeurde redde Dith het leven van Schanberg en andere westerse journalisten die op het punt stonden te worden geëxecuteerd door soldaten van de Rode Khmer.
Na vier jaar dwangarbeid wist Dith in 1979 te ontsnappen en naar Thailand te vluchten. Van daaruit herenigde hij zich met zijn vrouw en vier kinderen die al eerder naar de VS wisten te komen. Sindsdien werkte hij als fotograaf voor de New York Times en zette hij zich in voor de bewustwording van de volkerenmoord die zich in Cambodja afspeelde.