Online inbreuk auteursrecht: in welk land naar de rechter?

Toch wel veelvoorkomende situatie voor fotografen is dat hun foto(‘s) (zonder enig verzoek daartoe) wordt of worden gebruikt op een website of op social media. Het gebruik van een foto op een website is, net als ‘vroeger’ vóór het digitale tijdperk, een verveelvoudiging en een openbaarmaking van de oorspronkelijke foto. De Auteurswet behoudt die handelingen (verveelvoudigen en openbaar maken) voor aan de auteursrechthebbende. Tegen online gebruik, zonder toestemming van de auteursrechthebbende (fotograaf), kan dan ook worden opgetreden. De vraag is: tegen wie treedt u als fotograaf in zo’n geval op?

Een website is over het algemeen openbaar. Anders dan een bedrijf dat bijvoorbeeld uw foto in de hal heeft hangen, kunt u dan ook ‘even binnenlopen’ om de inbreuk te constateren.  Echter, bij een website speelt dat vervolgens lastiger te achterhalen is wie er moet worden aangesproken op de inbreuk. Vaak zijn er op de website wel telefoongegevens of een e-mailadres te vinden. Ook zijn er registers om in te zien wie een domeinnaam heeft geregistreerd. Maar de vraag blijft welke juridische entiteit aansprakelijk kan worden gehouden voor de inbreuk en dus door de fotograaf kan worden aangeschreven om die foto te verwijderen en schadevergoeding te betalen.

Allereerst zal dan ook moeten worden achterhaald welke juridische entiteit ‘achter een website schuilgaat’, ofwel de website exploiteert. Mocht de exploitant een buitenlandse partij zijn, dan is het niet zonder meer zo dat je als fotograaf naar de Nederlandse rechter kunt gaan om een verbod te vragen op het gebruik van de foto en/of schadevergoeding te claimen. Wanneer de exploitant van de website is gevestigd in één van de EU-lidstaten geeft een EU-Verordening daar uitsluitsel over. Hoofdregel in die Verordening is dat iemand die onrechtmatig handelt, wordt opgeroepen voor de rechter van de lidstaat waar hij of zij woonplaats heeft. Een bedrijf dat gevestigd is in Duitsland, zou dan ook door een Nederlandse fotograaf voor een Duitse rechter moeten worden opgeroepen. De Verordening geeft ook een alternatief, namelijk dat de rechter van de plaats waar het schadebrengende feit zich heeft voorgedaan bevoegd is. In het voorbeeld is de plaats waar het schadebrengende feit zich voordoet ook Nederland. Dus dan zou de Nederlandse rechter alternatief bevoegd zijn.

Om nog even terug te gaan naar het voorbeeld: als u als fotograaf in Nederland woont en vanuit Nederland ziet dat een .de-website van een in Duitsland gevestigde exploitant uw foto gebruikt, moet u dan in Duitsland procederen om schadevergoeding voor de hele EU (hier in ieder geval Nederland en Duitsland) te kunnen vorderen? En is dan ook Duits recht van toepassing, waardoor u mogelijk ook een Duitse advocaat zal moeten inschakelen, met alle kosten van dien? Binnenkort zal het Europees Hof van Justitie daarop hopelijk wat meer licht werpen, voor zover het gaat om de specifieke top-level url’s van de website (het deel achter de punt, bij photoq.nl is dat .nl – red.) waarop een foto wordt aangetroffen en het land waar dan geprocedeerd moet worden. Voorlopig heeft de Advocaat-Generaal bij het Europees Hof van Justitie (HvJEU) als volgt geadviseerd: wanneer het gaat om auteursrechtinbreuk op websites geldt de regel dat de rechter in de plaats waar het schadebrengende feit zich heeft voorgedaan bevoegd is.

In eerdere zaken over de bevoegdheid van de nationale rechter bij een online inbreuk middels het aanbieden/verkopen van producten/diensten via een website, heeft het HvJEU aangegeven onder welke omstandigheden die alternatieve bevoegdheid van de rechter kan worden ingeroepen. Volgens het HvJEU moet er dan worden gekeken op welke landen een website volgens de inhoud ervan gericht is. Dat wordt bepaald door bijvoorbeeld het antwoord op de volgende vragen: wat is de top-level url? In welke landen worden producten/diensten geleverd? In welke ta(a)l(en) is de website beschikbaar?

Op grond van die omstandigheden kan het land worden bepaald waar de schade zich kan voordoen. De rechter in dat land is dan ook alternatief bevoegd, naast de rechter van het land waar de exploitant van de website is gevestigd. De nationale rechter die bevoegd is omdat in dat land de schade zich voordoet, kan op grond van deze eerdere uitspraken alleen maar de schade geleden in dat specifieke land toewijzen. Dus hij is niet bevoegd om de in heel Europa geleden schade te behandelen. In voorkomende gevallen moet de eiser dan ook meerdere nationale rechters af om de schade per land te vorderen.

De Advocaat-Generaal stelt voor om deze lijn in gevallen van auteursrechtinbreuk op foto’s niet door te trekken. Het zou naar zijn mening bij online auteursrechtinbreuk door overname van foto’s, anders dan bijvoorbeeld bij verkochte producten, erg lastig zijn om af te bakenen welk deel van de schade in welk land is geleden. Dat zou betekenen dat de fotograaf in ieder land waarin de betreffende website kan worden geopend/bekeken, een rechter kan vragen om alle (in de EU) geleden schade in één keer toe te wijzen. Dit zou erg gunstig zijn voor de fotograaf, aangezien dan ook de rechter van zijn eigen land kan worden gekozen om de zaak direct af te doen.

Het is afwachten of het HvJEU het advies van de Advocaat-Generaal opvolgt. Wij houden u hiervan op de hoogte.

• conclusie van de Advocaat-Generaal:
http://curia.europa.eu/juris/document/document.jsf?text=&docid=157527&pageIndex=0&doclang=NL&mode=lst&dir=&occ=first&part=1&cid=384392

Esther Mommers is advocaat Intellectuele Eigendomsrecht en Internetrecht bij Dirkzwager te Arnhem (afdeling IE-IT, e-mail: Mommers@dirkzwager.nl, telefoon: 026-353 83 23).