Reacties op de recensie over Noorderlicht

Volgens publicist Pim Milo en fotograaf Bert Janssen is Edie Peters te kort door de bocht gegaan in zijn recensie over de hoofdtentoonstelling van Noorderlicht, Traces & Omens. Een discussie over de plaats van momenten in de fotografie en in de geschiedenis. Wim van Sinderen was zeer enthousaist over wat hij in Groningen zag. En dan kwam er nog een reactie van fotograaf Rommert Boonstra die een pleidooi houdt voor schoonheid in de fotografie, als tegenhanger voor het vele onheil.

NIEUW: reacties van IJsbrand van Leeuwen en Jan Everhard.

NOG NIEUWER: een bloemlezing geschreven door Rik Suermondt uit de reacties van de fotografie-studenten F3 aan de de Academie St. Joost in Breda.

• Lees de recensie: Onheilspellend
• Bekijk 25 foto’s van Rommert Boonstra: Slideshow in Flash
• Ook reageren? Mail PhotoQ


De meningen en opmerkingen van de studenten:

Nog nooit heb ik zo goed ervaren dat het hebben van een concept en de uitwerking van dat concept twee belangrijke aspecten van de fotografie zijn.

Terecht dat je bij binnenkomst in de tentoonstelilng meteen aanliep tegen de magistrale serie ‘Forbidden Pictures’ van Larry Fint over de Amerikaanse politiek met president Bush in de hoofdrol. Deze serie spreekt wat mij betreft veel uit over deze tijd waarin angst en onvrede lijken te regeren. Een mooie staaltje vakmanschap van een Amerikaan die tenminste wat tegengas geeft.

Eerst lezen en dan kijken, zo loop ik al snel door de tentoonstelling. Pas via de bijschriften snap ik de series. Maar is hier dan nog wel sprake van fotografisch vormgeven?

De expositie kent geen strakke presentatie, maar een gezellige rommeligheid. Met alle hoeken, trapjes en nissen wordt je verrast en waan je je telkens in nieuwe ruimten.

Heel jammer was dat de series in de AA-kerk maar weinig ruimte hadden. Als je bepaalde werken aan het bekijken was, schreeuwden de andere foto’s al weer om aandacht. Het hing allemaal veel te dicht bij elkaar.

Uit de geexposeerde series blijkt dat een foto niet op zichzelf kan staan en tekst onmisbaar is om het onderwerp aan te geven.

De Bush-lookallike van Fint vind ik een gaaf idee, maar de foto’s moesten stiekeme snapshots voorstellen terwijl het technisch juist erg gelikte studiofoto’s zijn. Dat vind ik jammer voor de sfeer. Hetzelfde gevoel had ik bij de foto’s van het christelijke gezin van Angela Strassheim. De foto’s zien er zo perfect en geënsceneerd uit, dat je het niet echt gelooft. […] Bij de studiofoto’s van gemartelde Tibettaanse monniken is Joakim Eneroth er naar mijn idee wel in geslaagd een bepaalde spanning op te bouwen die je rillingen over je rug doen lopen. Je kunt de pijn bijna voelen.

In de surrealistische stadsbeelden van Danwen Xing zit een soort stilstand en tijdloosheid. De bewegingen zijn bevroren in een stad waar niemand is behalve de één tot twee hoofdpersonen.

Ik vind het mooi dat ook de allerkleinste momenten van tijd worden vastgelegd, de sigarettenpeuken uit de serie ‘Russian Women Smokers’ van Stephen Gill bijvoorbeeld. Zoiets kortstondigs als een sigaret kan toch een heel verhaal vertellen.

De serie digitale montages van Mike Mike over de mens van morgen vond ik niet erg boeiend. Volgens mij is dat beeld veel te geperfectionneerd.

Ik vind dat Angela Strassheim in ‘Born Again’ haar herinneringen aan vroeger echt geweldig heeft gevisualiseerd. Zo ontstaat een sterk statement, die ik zonder het lezen van de begeleidende tekst zelfs begrijp. Ik denk dat je dan een echt goede kunstenaar bent als je dmv beeld het juiste verhaal kunt vertellen.

In de foto van Angela Strassheim waar het meisje op het bed onder haar klamboe ligt is de houding erg belangrijk. Want hing Jezus niet op dezelfde wijze aan het kruis, lijdzaam en zich overgevend?

De uit verveling ingekraste tafeltjes van Orit Raff zijn ondertussen bijna net zo waardevol als een geschiedenisboek.

Veel werk vond ik vrij voorspelbaar en soms zelfs flauw, zoals de serie van Owen Logan met de ‘Michael Jackson’ lookalike in Nigeria.

Pep Bonet slaagt er in om in slechts enkele foto’s de gruwelijke oorlog in Sierra Leone op te roepen. Ze stralen menselijkheid uit. Ik miste daarin niets, veelzeggend genoeg.

Wat mij opvalt aan de expositie is de hoeveelheid zware onderwerpen. Van Tsjernbobyl tot de Tsunami. Is alles dan zo ellendig? Natuurlijk moet het ons een keer onder de neus geschoven worden, maar om nou een hele expositie met zo’n mooi thema donker te kleuren vind ik jammer.

Heel veel fotoseries waren gebaseerd op de periode na 11 september en hoe alles daarna is veranderd. Natuurlijk hebben die oorlogen veel ‘traces’ nagelaten. Maar het ging me op den duur ook een beetje tegenstaan. Elke keer als er weer de woorden Bush en 11 september bij de uitleg stonden dacht ik, alweer!

De tekstplaten waren ongelofelijk slecht leesbaar door de weerspiegelingen en bovendien onrustig voor het oog.

Meestal zat de suggestie van tijd in het onderwerp van de foto en niet in de manier waarop je het fotografeert.

Door het nadenken over het aspect ‘tijd’ (veleden, heden, toekomst) kon ik niet meer voluit van de foto’s genieten. Dat is het nadeel van een opgelegd thema.

Als ik als een buitenstaander naar Groningen was gaan, zonder dat het thema Traces & Omens bekend is, zou ik het er niet uit kunnen halen. De tijd is op zo ontelbaar veel manieren vastgelegd door fotografen.

De organisatie is er goed in geslaagd om een serie heel uiteenlopende foto’s bij elkaar te plaatsen die allen iets te maken hebben met sporen en tijd.


IJsbrand van Leeuwen schrijft:
Al wil ik op voorhand aangeven dat ik niet geheel onbevooroordeeld ben (ondergetekende is ontwerper en mede verantwoordelijk voor het nieuwe
beeldmerk van Noorderlicht, de camera met het roze kruis erdoor), als Groninger en liefhebber van de kunsten, schiet mij toch het verhaal van Edie Peters (toch niet toevallig verbonden aan het festival in Naarden?) op verschillende fronten in het verkeerde keelgat.

Te beginnen met een arrogante en paternalistische inleiding omdat hij toevallig de kortste route door de Folkingestraat van Station naar de Akerk
nam, zonder kennelijk verder de moeite te nemen om wat om zich heen te kijken, en dat vernauwt kennelijk zijn blikveld aanzienlijk. Als vanouds is de afstand Amsterdam-Groningen nog steeds twee keer zo groot als de afstand Groningen-Amsterdam.

Hoezo alleen reportages? Is niet elke foto een vorm van verslag?
Hoezo enscenering? Hoezo manipulatie? Per definitie bestaat er geen ongemanipuleerde fotografie. Elke foto is een deel of vorm van een werkelijkheid, of een weerspiegeling, of een interpretatie. En dat maakt fotografie ook tot kunst, door het selectieproces van de fotograaf.
En met 42 fotografen/kunstenaars (in de Akerk, op de andere locaties nog zeker twee keer zoveel) is een zeer gevarieerd aanbod neergezet van interpretaties die tot nadenken stemmen.
Juist die rijkdom binnen de thematiek maakt deze tentoonstelling tot een feest voor oog en geest.
Dat het niet altijd even vrolijk is, is waar, maar dat hangt vaak ook van je eigen gevoel voor humor af. En hoe open je staat voor beelden die anderen op
je netvlies planten.

En journalistieke documentaires zijn (gelukkig) maar een klein deel van deze
fantastische manifestatie, want voor de treurnis van de recente actualiteit hebben we nog altijd World Press Photo.


Jan Everhard schrijft:
Lieve vriendinnen en vrienden van het beeld,
Ik ben gechoqueerd en totaal verbaasd over de reacties van Wim van Sinderen, Pim Milo en Bert Janssen (zie hieronder -red.) op de recensie over ‘ Noorderlicht’ van Edie Peters. Gechoqueerd over het meer of minder uitgesproken dédain over de mening van Edie. Arme Edie! Hij heeft zich niet te tijd genomen om goed te kijken, arme Edie …. hij begrijpt er eigenlijk niets van ….. Arme Edie, hij ziet gewoon niet dat dit een tentoonstelling is met buitengewoon goede fotografie. Wim, Pim en Bert vragen zich niet af WAAROM de vertegenwoordiging uit de Randstad het liet afweten. Zou het kunnen dat de curatoren van het Foam, Huize Marseille, De Melkweg en alle anderen die genoemd worden misschien dezelfde mening hebben als Edie? Zou het kunnen dat Wim Melis zich vertilt heeft aan dit thema? Het probleem met dit soort thema’s is dat het alles en nog wat omvat. Het lullige is dat als je alles wilt laten zien je feitelijk niets laat zien. Een invalshoek, een MENING over bepaalde ontwikkelingen in de fotografie leidt tot een gerichte keuze van fotografen en onderwerpen. De bezoekers van de tentoonstelling kunnen zich dan een mening vormen en discussiëren of de tentoonstelling recht doet aan de getoonde ontwikkelingen of niet.
Totaal verbaasd ben ik over de (impliciete) opstelling van Wim, Pim en Bert ten opzichte van de opzet van de tentoonstelling. Het lijkt erop dat zij ervan uit gaan dat eindelijk eens een keer een thema aan de orde gesteld wordt waarbij er vanuit een theoretische opvatting over fotografie een (in hun ogen) zeer goede keuze aan fotografen en foto’s gemaakt is. Eindelijk weg van de platvloerse fotojournalistiek en eindelijk een keer lekker intellectualistisch bezig zijn met fotografie ….. en dan zo’n onnozele Edie Peters die roet in het eten probeert te gooien. Natuurlijk mag Wim Melis zijn tentoonstelling maken …. maar iedereen heeft de vrijheid om kritiek te hebben op deze tentoonstelling. Noch bij Wim van Sinderen, noch bij Pim Milo en noch bij Bert Janssen lees ik argumenten die de kritiek van Edie en van vele anderen ontkrachten. In tegendeel ….. zowel bij Wim als bij Pim en Bert blijft het bij het uitspreken van allerlei impressionistische persoonlijke gevoelens die mij helemaal niets zeggen.
Ik wil veel verder gaan dan Edie en provocatief stellen dat deze tentoonstelling in de categorie van de nieuwe kleren van de keizer gerangschikt moet worden. De foto’s van de sigarettenpeuken met lippenstift op de mondstukken vindt ik voor de kijker een belediging en voor mij het bewijs van de nieuwe kleren van de keizer. Gelukkig is er dan een jongen die roept …. maar de keizer heeft helemaal geen kleren aan!!!


Wim van Sinderen schrijft:

Vorig jaar, tijdens de Paris Photo, kwam Nooderlicht-curator Wim Melis op mij af met de woorden: ‘Ik heb een thema! Traces & Omens. Geniaal!’ Hierna liep de flegmatieke, altijd moeilijk te doorgronden curator snel door en stond ik alleen met zijn sublieme inval. Traces & Omens. Mijn god, dat is een wel hele grote emmer waar je alles in kan flikkeren, dacht ik nog. Gezeten op een bankje in de Jardin du Luxembourg ging ik daar vervolgens eens goed over nadenken. Traces = sporen en Omens = voortekens. Ik had de boel goed op een rijtje. Welke fotografen zou ik daar nou bij kiezen? Ik ben eerlijk: ik kon niemand bedenken. Ja, Armando met zijn schuldige landschappen (traces), maar hij is geen fotograaf. McKenna met zijn concentratiekampen anno nu, maar dat is wel heel erg voor de handliggend (is dus ook niet op Noorderlicht). Kortom, ik had zo mijn bedenkingen bij dit grootse thema. Was meteen ook benieuwd wat die Melis er van zou maken. Een ding wist ik zeker: Adrienne van Eekelen zou weer meedoen, want die doet elke editie mee, al tien jaar lang. Deze vrouw is zo universeel en plooibaar, dat Melis er telken male op kan rekenen. En eerlijkheid gebiedt te zeggen: zij misstaat ook dit jaar weer niet in het festival. Groeidiamantje, echt waar. Snap niet waarom ze in de rest van Nederland en Europa niet wordt opgepikt. En dit bedoel ik niet ironisch. Ik begin steeds meer van haar werk te houden. Ze is goed omdat ze steeds hetzelfde vindt en doet. Weet Melis ook. Vaste waarde.

Dus ik ging laatst met de nodige dosis scepsis naar het Hoge Noorden. De eerste persoon die op de opening tegenkom is mijn buurvrouw uit Den Haag, die godbeterehet de beste vriendin van Adrienne van Eekelen blijkt te zijn. Wist ik niet. Van Eekelen is overal, ik begin het een beetje eng te vinden. Ik loop rond en kom bitter weinig fotonerds uit het Westen tegen. Pim Milo, natuurlijk, vaste waarde. Bas Vroege, netwerkend als altijd. Topfotografen als Theo Derksen, Reinier Gerritsen, Awoiska van der Molen. fijn dat zij er waren. Ook goed dat ik er was, want: Noorderlicht schijnt helderder dan ooit tevoren! Op een of ander manier heeft Wim Melis door het bepalen van zo’n vaag thema zich de vrijheid veroorloofd om nu eens een idiosyncratisch boeket van fotografen te schikken, waar ik in ieder geval helemaal van onder de indruk ben. Nergens voel je de druk van het thema, omdat thema eigenlijk niks voorstelt. Je voelt de smaak en de intelligentie van Melis en dat is wat waard. Hij houdt van dynamisch, impressionistisch zwart-wit, wat we niet alleen tegenkomen in de foto’s van Van Eekelen (zij weer), maar ook in die van Antonin Kratochvil, Brigitte Grignet (dé ontdekking voor mij), Gladys, Owen Logan, Michael Lange, Stephen Dupont, Christopher Morris, Paul Fusco, Ali Taptik en Trent Parke. Als vanouds heeft Noorderlicht ook oog voor ‘rookies’, opkomende jonge fotografen zoals Anouk Steketee en Angela Strassheim. En er zijn primeurs, zoals de indringende ‘After 9/11 serie’ van Ken Schles. Kortom ik vond Noorderlicht een belevenis, nogmaals versterkt door de adequate vormgeving van de hoofdtentoonstelling en de recht-toe-recht-aan informatieve teksten van Marc Floor.


Pim Milo schrijft:
Ik heb twee dagen lang mijn ogen uitgekeken in Groningen. Ik vind ‘Traces en Omens’ het beste wat ik dit jaar aan tentoonstellingen heb gezien. Intelligent, afgewogen, breed gerepresenteerd, goed samengesteld, mooi gebalanceerd en een ’terug naar de basis’ waar het fotografie beschouwen betreft.
Ik vind het beschamend dat er zo weinig vertegenwoordiging uit de Randstad was. Ik miste Huis Marseille, Foam, De Melkweg, Het Nederlands fotomuseum, De Hallen, de Mondriaan Stichting en het Prins
Bernhard Cultuur Fonds, om er een paar te noemen. Fijn dat Dick Breebaart er was, fijn dat Wim van Sinderen er was. En dat al die partijen er niet waren, wil natuurlijk niet zeggen dat ze niet nog zullen komen. En een opening is niet het uitgelezen moment om foto’s te bekijken. Maar het is wel het enige, speciale en perfecte moment om de organisatie te treffen, om je aanwezigheid zichtbaar te maken en al die mensen die zich zo de tering gewerkt hebben over de bol te aaien. En wat is er op tegen om twee keer naar Groningen te gaan? Een keer voor de mensen achter Noorderlicht (en, wie weet, voor je eigen netwerk). En een keer voor jezelf, om te genieten.

Ik vind je recensie op PhotoQ te afstandelijk en ik mis bezonkenheid.
Mijns inziens is wat Groningen biedt het beste wat er in Nederland te zien is. Wellicht gevolgd door wat Paul Andriesse is zijn galerie deed met Thomas Struth.


Bert Janssen schrijft:
De recensie op Photoq over de hoofdtentoonstelling van Noorderlicht vind ik wel erg kort door de bocht.
Klaarblijkelijk had je meer (foto-) journalistieke fotografie verwacht denkend aan het beslissende moment. Je spreekt zelfs van kunstenaars in plaats van fotografen. Ik denk dat je daarmee doelt op de, soms, hoge mate van subjectieve en geconstrueerde foto’s. Maar vreemd vind ik het wel dat het woord opduikt in relatie tot het getoonde werk. Het beslissende moment, door de bedenker zelf veelal toegepast in niet journalistieke beelden kan ruimer geïnterpreteerd worden dan journalistiek.
Voor mij toont Noorderlicht in Groningen heel consequent de mogelijkheden en beperkingen van het in beeld brengen van onze complexe maatschappij. Zij laat daarbij een grote mate van diversiteit aan benaderingen zien in de manier waarop fotografen proberen die complexiteit in beeld te brengen. Daarvan getuigt ook deze hoofdexpositie, die overigens laat zien hoe je ook in een kerk een goede tentoonstelling kunt inrichten.
Laten fotografen zich niet weerhouden af te reizen naar een kerk vol tekens die onheil aankondigen, voor wie er gevoelig voor is.


Rommert Boonstra schrijft:
Ik ben, dankzij een gereformeerde opvoeding, groot geworden met hel en verdoemenis. Het heeft niet veel indruk op me gemaakt. Ik weet niet hoe het er tegenwoordig aan toe gaat in de protestantse kerken van Nederland, maar ik word nog steeds met hel en verdoemenis om de oren geslagen en wel op diverse fotofestivals. Vele documentaire fotografen hebben kans gezien de rol van de dominee over te nemen. Vol goede bedoelingen natuurlijk. Men wordt regelmatig met kunstzinnig gefotografeerde ellende overladen. Zo regelmatig dat het louterende effect allang is verdwenen. Om toch nog succes te oogsten grijpen onze nieuwerwetse boetepredikanten naar steeds grovere middelen en omdat die binnenkort ook weer uitgewerkt zullen zijn moeten ze nog weer grover worden. Bovendien schreeuwt iedereen door elkaar heen. Op steeds luidruchtiger wijze probeert men de aandacht te trekken. Mede daardoor leven we langzamerhand in een wereld waarin de hysterie steeds verder lijkt op te rukken. Oprechte bedoelingen en sensatiezucht zijn op ondoorzichtige wijze met elkaar verstrengeld geraakt. Het leven wordt steeds verder geproblematiseerd.
Ik heb al lang geleden besloten om daar niet aan mee te doen. Regelmatig trek ik me terug in Bourgondië om te fotograferen en te schrijven. Het echte leven is de zonsopgang, de vellen in de melk, de dode wants, de vluchtige gedachte, het geluk om op blote voeten te lopen. Daar gaan mijn foto’s over. Mag ik mijn vakbroeders die zo hoog van de kansel blazen oproepen om tot inkeer en berouw te komen en eens naar de wolken te kijken?

Mijn werk is te zien op het Noorderlicht Festival bij Philip Elchers, Grachtstraat 30 te Groningen. Open- wo tm vr van 12-17 uur en op afspraak.