Gisteren is de Amerikaanse straat- en modefotograaf Saul Leiter overleden, zo meldt de British Journal of Photography. Leiter maakte naam als een fotograaf die met eigenzinnige beeldvlakken en kleurkeuzes bijzondere sfeerbeelden vanuit de straten van New York maakte.
Leiter werd in 1923 geboren in Pottsburgh. Hij werkte onder meer voor bladen als Esquire, Vogue en Harper’s Bazaar. Zijn boeken Early Color en Colors vestigden op late leeftijd de aandacht op zijn geheel eigen stijl in de straatfotografie.
Vorig jaar maakte Thomas Leech de documentaire In No Great Hurry – 13 Lessons in Life with Saul Leiter, waarvan hieronder de trailer is te zien:
Twee jaar geleden was in het Joods Historisch Museum in Amsterdam de tentoonstelling New York Reflections te zien, met een overzicht van Leiters werk. Bij de opening sprak voormalig VS-correspondent Twan Huys deze openingsrede uit:
Saul Leiter had hier vandaag voor u moeten staan samen met zijn onafscheidelijke assistente Margit Erb. In augustus onmoette ik hen beiden in de achtertuin van het appartement van Saul Leiter. Hij wilde onder geen beding geinterviewd worden door mij. “Ik kan mijn werk niet uitleggen, ga maar kijken naar de pelikanen in de NY Zoo, daar heb je meer aan.”
“Kom dan zelf naar Amsterdam voor de opening van uw tentoonstelling,” drong ik aan. “Gaat niet,” zei Leiter: “I am moody which is not a pleasure for those people who surround me. Ik kom zeker niet.”
En dus sta ik hier voor de ondankbare taak iets moois te vertellen over het werk van Saul Leiter. Waarom? Omdat ik zijn passie deel voor de stad New York en voor zijn werk.
Zijn foto’s zijn eyecandy. Ik denk dat iedereen instant verliefd wordt op het werk van Leiter. Op Youtube bekeek ik net nog een collage van zijn foto’s. Iemand had er muziek van Miles Davis aan toegevoegd van zijn album Kind of Blue. De foto’s van Leiter en de muziek van Davis vormen een perfecte match.
Al meer dan vijftig jaar woont hij in New York in de East Village.
“In de jaren vijftig en zestig kwam je hier iedereen tegen,” vertelde hij me: “Jackson Pollock, Willem de Kooning, ze woonden bij je om de hoek.”
Roem komt merkwaardig genoeg pas laat aanwaaien in het leven van Leiter.
Net als Diane Arbus en Richard Avedon geboren in 1923, vertrekt Leiter vanuit Pittsburgh in 1946 naar New York. Als modefotograaf maakt hij naam bij Harper’s Bazaar en Esquire. “Pure pornografie,” zo bestempelt zijn vader, een orthodoxe rabbijn, het werk van zijn zoon.
Waarom is zijn werk pas zo laat in zijn leven terechtgekomen in musea en galerieën? Leiter is bescheiden over zijn werk, anders dan Richard Avedon is hij geen, zoals ze het in Amerika noemen: relentless selfpromotor. Hij schept niet op over zijn prestaties, reproduceert zijn werk in eindeloze aantallen en laat musea een keuze maken uit zijn foto’s in plaats van ijzeren controle te houden over zijn beelden.
Eenmaal over zijn weerzin tegen ons interview heen, vertelt hij die middag in zijn tuin in New York honderduit over zijn leven en werk. “Misschien had ik nu net zo beroemd kunnen zijn als Richard Avedon,” zegt Leiter. “Maar vaak worden mensen onuitstaanbaar als ze eenmaal succes hebben. Ik heb toch vooral gewerkt om me de deurwaarder en de Belastingdienst van de nek te houden.”
In alles relativeert hij zijn werk en leven, zodat je je bijna afvraagt wat zijn oeuvre nu zo bijzonder maakt.
Als hij me uitnodigt in zijn appartement krijg ik het antwoord. We lopen naar binnen en Saul Leiter wijst met pretogen op een kleine foto van een vrouw die met zeer sensuele blik in de lens van de camera kijkt. De erotiek spat er vanaf. Ze ziet er uit alsof ze de fotograaf ieder moment wil bespringen. Hot and steamy.
“What do you think?” vraagt Leiter.
Ik kijk nog eens goed en herken dan pas de keurige, licht conservatief geklede assistente Margit in de foto, die na mij het appartement binnen loopt. “Great work,” zeg ik tegen Leiter.
Achter me hoor ik een gegeneerde lach van zijn assistente.
Saul Leiter laat ons beelden zien waar we zelf onoplettend aan voorbij zijn gelopen. De schoonheid van de stad of de erotische blik van zijn assistente. Misschien maakt hij het leven mooier en draaglijker met zijn werk. En juist dat is wat veel critici niet beviel.
“Sommige mensen vinden,” vertelt Saul Leiter, “dat ik de spanningen van het stadsleven beter in beeld had moeten brengen. Vind ik dus volkomen oninteressant. Een uitgehongerde baby in Afrika doet het goed op de voorpagina van de New York Times, maar ik ben op zoek naar mooie beelden.” En licht vermoeid voegt hij eraan toe:
“Happiness is looked down upon, agony is in style, being miserable is a sign of intelligence.”
Gelukkig heeft het Joods Historisch Museum oog voor de schoonheid van zijn werk. En het goede nieuws is, ook al is hij er vandaag zelf niet bij, dat zijn assistente Margit mij deze week mailde dat Saul Leiter in december of januari naar Amsterdam wil komen voor een lezing en het signeren van zijn boeken. Als u een geweldige avond wilt hebben, komt u dan vooral weer terug naar dit museum.
Dank u wel.’
Recensie destijds op PhotoQ: Saul Leiter verrukt van mooie dingen
British Journal of Photography: Photographer Saul Leiter has died