Fotografen zijn vaak praatjesmakers. Een logische overlevingsstrategie voor veel kleine ondernemers. Je hebt er ook die stiller zijn, de vliegen op de muur. En je hebt Vivian Maier. De fotografe die weliswaar in New York en Chicago woonde, maar toch zeer teruggetrokken leefde. Zozeer zelfs dat we haar foto’s pas te zien krijgen na haar overlijden in 2009.
De laatste jaren van haar leven moet ze zo arm zijn geweest dat haar verzameling negatieven en prints te koop zijn aangeboden bij een kleine lokale veiling in Chicago. Vermoedeloijk vanwege een huurschuld. John Maloof kocht ze in 2007, in totaal ruim 100 duizend negatieven. Voor 380 dollar. Toen wist hij nog niet dat hij een echte schat te pakken had.
Na een eerste verkenning bleek dat zijn aankoop een enorme rijkdom aan straatfotografie bevat. Prachtige zwartwit-beelden die het midden houden tussen werk van Diane Arbus, Richard Avedon en Henri Cartier-Bresson. Maloof, makelaar in onroerend goed, besloot zich geheel te wijden aan de ontsluiting van dit archief. In 2009 zag hij een overlijdensbericht over Maier in de krant.
Intussen is Vivian Maier, ooit socialiste, feministe en straatfotograaf, postuum wereldberoemd aan het worden. Maloof pakt de marketing voortvarend aan. Het project vaart mee op de huidige populariteit van straatfotografie en gaat als een speer over de kanalen voor fotografie op internet. Maloof is via een galerie prints gaan verkopen, stelt tentoonstellingen samen en publiceert een fotoboek.
En dan is er nu ook een lange tv-documentaire die de persoon van Maier voor zover mogelijk schetst. Het sleutelwoord blijft echter mysterie. Niemand mocht tijdens haar leven haar foto’s zien. Ze hield ze angstvallig achter. Nu gaan ze de wereld rond. En heeft onder meer de Avro de documentaire aangekocht voor vertoning. Hele vreemde toestand: een vrouw die kennelijk honderd procent voor eigen plezier fotografeerde en dat niet wilde delen. En nu kan iedereen haar werk zien en ervan genieten.
Dit artikel is ook gepubliceerd op Cultuurblog van Picturae, waaraan Edie Peters met regelmaat bijdraagt.