The Fat Baby: too close for comfort

Eugene Richards (Dorchester, V.S. 1944), de gelauwerde fotograaf, journalist, filmer en activist heeft zijn dertiende boek gemaakt: The Fat Baby.
De titels van Richards’ boeken spreken meestal voor zich: The Knife and Gun Club: Scenes from an Emergency Room (1989); Cocaine True, Cocaine Blue (1994); Americans We (1994) en Below The Line: Living Poor in America (1987).
Die laatste titel doet denken aan Jacob Riis’ publicatie over de immigrantenwijken van New York: How the Other Half Lives uit 1890.

Evenals Riis maakt Richards deel uit van de grote Amerikaanse documentaire traditie. En evenals de oeuvres van Riis en diens tijdgenoot Lewis Hine kun je Richards’ werk omschrijven als sociaal bewogen en in sommige gevallen als een aanklacht tegen de manier waarop in de Verenigde Staten (en de rest van de wereld) de welvaart is verdeeld.
Zowel Hine als Riis als Richards kwamen door hun oorspronkelijke vak in aanraking met ernstige sociale misstanden. Hine was socioloog, Riis was journalist en Richards zette zijn journalistieke opleiding in om met een krant en een welzijnsorganisatie achtergestelde bevolkingsgroepen in de zuidelijke staten van de VS te mobiliseren. Samen met lokale – zwarte – activisten richtte hij het blad Many Voices op, waarin zij verslag deden van politieke acties en de reacties daarop van de toen nog zeer actieve Klu Klux Klan.

Na zijn studie had hij fotografielessen gevolgd bij Minor White. In het boek over zijn werk in de Mississippidelta, Few Comforts or Surprises: The Arkansas Delta uit 1973, is hij voor het eerst de fotograferende en schrijvende essayist zoals hij gekend wordt.

The Fat Baby is een verzameling van vijftien fotoverhalen, meestal voorzien van Richards’ persoonlijke aantekeningen, die tussen 1992 en 2003 zijn gemaakt. Negen werden er in de Verenigde Staten gepubliceerd, ��n in Groot Brittani� en ��n in Duitsland. De overige vier essays waren politiek ongewenst (homosexueel ouderschap en Serbs) of zo persoonlijk (de verhuizing van zijn hoogbejaarde vader) dat zij in dit boek voor het eerst zijn afgedrukt.

Eugene Richards fotografeert zware thema’s op indringende wijze en dat is een understatement. Zijn beelden laten zich het best omschrijven in moeilijk vertaalbare uitdrukkingen als in your face en too close for comfort.

In de openingsfoto van een verhaal over een Mexicaans hospitaal voor geestelijke gehandicapten stroomt een riviertje urine midden in beeld de fotograaf en kijker tegemoet. Richards zit en staat pal naast leden van een jeugdbende die crack roken en geweren doorladen. Hij fotografeert een alcoholistische vader die in een roes zijn zoontje – even affectief als agressief – knuffelt. In een operatiekamer van Artsen zonder Grenzen in Bosni� is hij aanwezig bij het oplappen van een eindeloze stroom gewonden van de frontlinie een paar kilometer verderop: in zwart-wit foto’s is bloed zwart.

In het titelverhaal The Fat Baby doet Richards verslag over de droogte en de honger in een dorp in Niger. Een oude vrouw loopt met een ziek kind op haar rug de lange weg naar het ziekenhuis. Richards en de enig aanwezige hulpverlener heeft zij niet om hulp willen vragen. Wanneer zij aankomt is het kind overleden. Later, bij het afscheid van de fotograaf en zijn begeleider, wil ze op de foto. Met een dikke baby, als een symbool voor een betere toekomst.

In twee verhalen krijgt Richards te maken met zijn angst voor de ouderdom. E�n daarvan, het laatste van dit boek, Evolution is een verhaal over de voorbereidingen op de verhuizing van zijn vader uit het huis waar Richards opgroeide. Samen ruimen ze de spullen van Richards’ overleden moeder op. Tussen het inpakken en schoonmaken door maakt hij foto’s. Beelden van voor en na die verhuizing vertellen over zijn vader, die steeds kleiner lijkt te worden en in 2003 overlijdt.

The Fat Baby
Foto’s en tekst: Eugene Richards
Gebonden, 432 pagina, 300 foto’s in duo-toon
Uitgeverij Phaidon, Londen.
Isbn: 0-7148-4196-x
95 euro

Han Schoonhoven