De schoonheid van de explosie in reactorblok nr.4 was overweldigend. Fotograaf Robert Knoth en journaliste Antoinette de Jong citeren een ooggetuige van deze ramp in hun een boek over de impact van de nucleaire industrie in de voormalige Sovjetunie op mens en milieu: Certificaat nr. 000358/Nucleaire verwoesting in Kazachstan, Oekraïne, Wit-Rusland, de Oeral en Siberië.
Op 26 april 1986 raakte tijdens een test één van de reactoren in Tsjernobyl oververhit. De ontploffing die volgde blies het duizend ton zware dak eraf. Van het grondgebied van het huidige Wit-Rusland werd een kwart radioactief besmet. In de nu zelfstandige Oekraïne viel op meer dan 50.000 vierkante kilometer bos- en landbouwgebieden radioactieve neerslag neer. Er wonen nog steeds miljoenen mensen in deze gebieden. De ware implicaties van deze ramp worden langzaam duidelijk.
Rusland heeft grote ambities op het gebied van de nucleaire industrie. Sinds de eerste kernproef in 1949 heeft het grootschalige activiteiten ontplooid, zowel op het militaire als civiele vlak. Het grote aantal rampen en bijna-rampen die daarbij plaatvonden hebben geen enkele remmende werking gehad op de plannen. Rusland levert al kennis, technologie en diensten aan China, India en Iran en wil in de komende decennia een sleutelrol gaan spelen in de verwerking en opslag van radioactief materiaal uit de hele wereld. Het spreekt voor zich dat hierbij grote economische belangen in het geding zijn: in 2004 leverden internationale contracten de Russische nucleaire industrie al 3,5 miljard dollar op.
Tsjernobyl staat symbool voor nucleair gevaar, maar vertegenwoordigt slechts een deel van die harde realiteit in de voormalige sovjetgebieden. De Jong en Knoth bezochten tussen 1999 en 2005 vijf streken die ernstig vervuild zijn.
Majak aan de oostkant van de Oeral geldt als het grootste nucleaire complex ter wereld. Dit bedrijf loost nog steeds op de rivier, die stroomafwaarts door duizenden mensen voor allerlei doeleinden wordt gebuikt. De kwalijke gevolgen voor de locale bevolking zijn lange tijd domweg ontkend, maar blijken nu alom aanwezig. De beschikbare statische gegevens zijn verpletterend.
In Tsjernobyl ontmoetten de auteurs één van de laatste levende ‘liquidators’, de bergingswerkers die na de ramp werden ingezet. Hij was ooggetuige van de explosie en probeerde de brand te beheersen tot hij symptomen van acute stralingsziekte kreeg. Later, in het Moskouse Ziekenhuis nr. 6, vielen al zijn haren uit. Om hem heen stierven zijn vrienden. Sommigen van hen werden in met lood beklede kisten begraven.
Tsjernobyl-certificaat nr. 000358 is toegekend aan Anna Pesenko. Ze was tien toen bij haar voor de tweede keer een hersentumor werd ontdekt, bij de eerste keer was zij vier. Het certificaat geeft haar recht op behandelingen en medicijnen, gratis openbaar vervoer en korting op gas en licht.
In de ‘gesloten stad’ Seversk in Siberië levert men in het kader van het Global Partnership Programme van de G8 een bijdrage aan opschonen en omwerken van de russische nucleaire bewapening. De rammelende beveiliging moet hoognodig worden verbeterd. Er is al gewaarschuwd dat Rusland de meest waarschijnlijke bron voor terroristen is om nucleair materiaal of zelfs een complete kernkop te bemachtigen.
Semipalatinsk was vanaf 1949 de locatie voor meer dan 450 kernproeven. De bevolking werd niet of nauwelijks voorgelicht, regelmatig stuurden hoge militairen duizenden soldaten kort na zo’n explosie het testgebied in. Om na te gaan of de soldaten en hun uitrusting bestand waren tegen dergelijke omstandigheden. Dat bleek niet het geval en de meesten waren snel dood, schreef The Times in 2002.
Onwetendheid, achteloosheid en kwade wil leidden tot grote verziekte gebieden, met verschrikkelijke gevolgen voor de bewoners. In het boek komen zij die nog leven aan het woord. Robert Knoth maakte portretten en foto’s van de omgeving. De bewoners van de besmette gebieden vertellen verbijsterende verhalen over botziekten, elke denkbare vorm van kanker en ernstige aangeboren afwijkingen. Ze proberen letterlijk te overleven met de beperkte medische mogelijkheden. Voor bepaalde medicijnen, bijvoorbeeld pijnstillers of anesthesie, hebben ze vaak geen geld. Hun meer welvarende buren zijn naar veiliger oorden verhuisd.
Dit boek kwam tot stand met steun van Greenpeace. In het voorwoord houdt Gert Leipold, directeur Greenpeace International, een hartstochtelijk pleidooi om de nadelen van kernenergie, die feitelijk slechts goed is voor twee procent van de wereldvraag, nog eens goed te overdenken.
De Jong en Knoth dragen in dit boek harde argumenten aan voor het mijns inziens noodzakelijke debat. Hun sombere maar indrukwekkende bijdrage wordt afgesloten met een kort praktisch advies van Unicef-medewerker Carel de Rooy. Hij pleit onder andere voor het standaard toevoegen van jodium aan zout in de beschreven gebieden. Dat maakt de schildklier van kinderen minder kwetsbaar voor het radioactieve jodium 131, dat bij ongelukken langere tijd de leefomgeving vervuilt.
Het boek is rond 26 april, twintig jaar na de ramp in Tsjernobyl, in Kiev, Londen en Amsterdam gepresenteerd. De foto’s zullen in de komende tijd in meer dan vijftien steden over de hele wereld worden geexposeerd. Knoth ontving voor deze serie een eervolle vermelding van World Press Photo, waardoor het werk ook in die reizende tentoonstelling wordt vertoond.
Han Schoonhoven
Certificaat nr. 000358/Nucleaire verwoesting in Kazachstan, Oekraïne, Wit-Rusland, de Oeral en Siberië
Fotografie: Robert Knoth, tekst: Antoinette de Jong
Uitgeverij Mets&Schilt i.s.m. Greenpeace International.
Gebonden, 30 bij 24 centimeter
192 pagina’s, 150 foto’s in duotone
49,90 euro
• Photoq berichtte eerder over deze fotoserie: Nuclear Nightmares groot succes bij Pixelpress
• Veel beelden uit dit boek zijn ook te zien op: www.robertknoth.com