Het programma van het tweemaandelijkse ‘live’ magazine in Pakhuis De Zwijger staat strak in de steigers, maar er is zóveel gaande in de fotografie dat de inleiding – over de lobby ten aanzien van auteurscontractrecht, over het post-academische leven van een kunstenaar en zo nog wat – op zichzelf al een avondvullende discussie kan opleveren. Het overweldigende enthousiasme van deelnemende partijen blijkt ook uit het aantal folders en aankondigingen dat op de stoelen ligt. Nog voordat het officiële gedeelte van de avond kan beginnen is er al volop gecommuniceerd waar het hier om draait: de fotografie leeft en is soms zelfs ‘absurd goed’!
Het eerste onderdeel is zoals altijd de ‘pitch’, maar dat kan niet beginnen voordat voormalig ‘pitcher’ Martijn van de Griendt zijn bal heeft opgegooid over ‘het leukste boek voor onder de koffietafel’: de publicatie van een serie portretten van Kamasutra-beurs bezoekers waar hij zich nu op richt, genoodzaakt door de penitentiaire staat waar zowel Hassan als Husein momenteel in verkeren (het project van de broertjes waar hij oorspronkelijk, tijdens een eerdere aflevering van De Donkere Kamer, steun voor zocht). Nieuwsgierig? Zoek en volg Martijn op Facebook.
Bart Koetsier is de eerste van drie kandidaten die het publiek in drie minuten mag overtuigen van de noodzaak de vijf muntjes, bij aanvang gekocht, in de pauze in zijn stembus te gooien.
Dat is waar het ‘pitchen’ op neer komt.Wat wil Bart? De nacht lonkt als een verleidelijke dame en hij zou zijn project Dwaallicht graag, na een aantal zwerftochten door Europese wereldsteden, vervolmaken. Op zoek naar de zelfkant en de obscuriteit van het urbane leven zou hij graag het nachtleven in verschillende steden willen documenteren, te beginnen in de straten van Krakau, Polen.
Vervolgens is het woord aan Anouk Kruithof. Er wordt een filmpje getoond, gemaakt naar aanleiding van haar nominatie voor de ICP Infinity Award, dat de rijkheid en reikwijdte van haar werk aangeeft. Ze houdt haar projecten graag gevarieerd en dat maakt haar oeuvre veel omvattend. Kruithof laat zich niet vangen onder één noemer – zoals ‘documentaire fotograaf’. Beelden zijn het uitgangspunt om een verhaal te vertellen, dat wel, maar auteurschap of esthetiek zijn geen strenge vooropgestelde uitgangspunten; de functie van de foto’s is om een idee te dienen, om de creatieve uitvoering van een concept vorm te geven. De conclusie van het tweegesprek met presentator Edie Peters is dat de in Amsterdam, Berlijn en New York verkerende Anouk Kruithof een fysiek beweeglijke en sociaal ‘bewogen’ fotograaf is die haar grenzen voortdurend oprekt en het creatieve avontuur niet schuwt.
Femke van Heugten, de tweede ‘pitcher’ van de avond heeft een praatje voorbereid waarvan al snel te vrezen valt dat het de drie minuten ruimschoots gaat overschrijden, maar op de valreep weet ze toch nog duidelijk te maken waar het haar om gaat: de liefde tussen een man (Joe) en een vrouw (Berta) in Brooklyn.
Jim Casper, de volgende gast, is een Amerikaan die in Parijs woont. Zoals zovelen heeft hij de Atlantische oversteek gemaakt en de reden daartoe doet er wat hem betreft niet toe. Hij is daar nu en de fotografie heeft zijn hart gestolen. Zijn ‘webzine’ Lens Culture (in ieder geval is het geen blog) mag zich verheugen op een jaloersmakende 10.000 bezoekers per dag, 3 miljoen per jaar. Een populaire site van een bescheiden man en zeker geen gemakzuchtige benadering van het medium: het doel is om de mondiale fotografie zo goed als mogelijk over het voetlicht te tillen. Casper en zijn team van ‘beeldjunkies’ willen zich daarbij niet limiteren tot hun eigen smaak.
In alle facetten van zijn werkzaamheden is het Casper opgevallen dat er wel degelijk intercontinentale verschillen zijn in de opvattingen en benaderingen van de fotografie, maar dat je niet zo makkelijk kunt spreken van herkenbare nationale stijlen daarin. Voor hem bestaat er dus niet zoiets als typische ‘Hollandse’ fotografie (ook al mogen wij graag denken van wel). Naast de coördinatie van Lens Culture organiseert Jim Casper ook portfolio reviews voor ‘mid-career’ fotografen en hij benadrukt het belang voor zowel fotografen als potentiële opdrachtgevers van dergelijke persoonlijke ontmoetingen.
Voor de pauze zijn er nog drie minuten voor Janine Schrijver die zich, anders dan bijvoorbeeld Anouk Kruithof, juist nadrukkelijk wél voorstelt als een ‘documentaire fotograaf’. Met een antropologische nieuwsgierigheid legt ze visueel vast hoe mensen omgaan met de openbare ruimte, of meer specifiek: met stadsparken. Het gaat haar daarbij om onze (verstoorde) relatie met de natuur en tegelijkertijd met de actieve (her)vorming van de stad als gebied. Daar zou ze graag een boek over publiceren.
Direct na de onderbreking en de noodzakelijke verdeling van de muntjes over de drie kandidaten – Koetsier, Van Heugten en Schrijver – is er een kort requiem voor de Nederlandse modefotografe Miep Jukkema, die afgelopen weekend aan de gevolgen van een hersenbloeding overleed. Enkele kennissen in de zaal, onder wie Pim Milo, geven blijk van haar nuchtere kijk op het leven, haar gastvrijheid en ondersteunende rol ten aanzien van de modellen met wie ze werkte. Een warme en bruisende persoonlijkheid met een heel eigen kijk op het leven.
Vervolgens is het woord aan de volgende internationale gast: Chino Otsuka, die in Japan is geboren maar sinds haar tiende in Engeland is opgegroeid. Dat heeft haar, zoals zovelen van haar generatie, een dubbele identiteit opgeleverd. Op sommige momenten voelt ze zich meer Engels en op andere ogenblikken juist weer meer Japans. Maar in haar werk is ze meer op zoek naar een andere ‘dubbelheid’, naar de gelaagdheid van haar persoonlijke herinneringen. In haar werk stelt ze zichzelf letterlijk op naast haar vroegere zelf; toont ze hoe ze nu is ten opzichte van bepalende plekken uit haar jeugd. Deze herinneringen krijgen een extra dimensie door een, bijna voor het blote oog onzichtbaar, transitie. Photoshop als tijdmachine. Haar bewegende foto’s die vervagen en opdoemen worden zo monumenten voor het langzame kijken. Nu te zien in huis Marseille.
Na een kort intermezzo – een muzikale slideshow met werk van Hollandse Hoogte-fotograaf Nick Hannes, wat de meerwaarde van ‘multimedia’ maar weer eens aangeeft – is het woord aan een andere langzame fotograaf: Martin Roemers. Hij wil graag spreken over twee van zijn meest recente maar wel langdurige projecten. The Eyes of War, sinds kort een uitgave bij Hatje Cantz, gaat over mensen uit Duitsland, Rusland, Nederland en België die letterlijk door de Tweede Wereldoorlog zijn verblind. Deze zogenaamde ‘oorlogsblinden’ wonen inmiddels in tehuizen en hebben indringende verhalen te vertellen over hun ervaringen met deze handicap. Tot augustus nog te zien in de Kunsthal in Rotterdam.
Hoewel hij onmiskenbaar een fascinatie heeft voor conflicten en de gevolgen daarvan op het landschap, de architectuur en mensen, heeft hij met de serie Metropolis een heel ander maatschappelijk probleem aan de kaak gesteld. Hier gaat het hem om het fenomeen van ‘mega-steden’, officieel gedefinieerd als dichtbevolkte gebieden met meer dan 10 miljoen inwoners. Daarvan zijn er momenteel 23 van in de wereld maar in 2025 zijn dat er naar verwachting al 37. Dat geeft Roemers de gelegenheid om zijn karakteristieke beelden met lange belichtingstijd ook in deze aankomende mega-steden in Azië, Afrika en Latijns-Amerika vast te leggen. Hij werkt daarbij gedecideerd en volgens vaste patronen – hij bereid zich zo goed mogelijk voor door te werken met lokale ‘fixers’ – waarbij hij stuit op de intensiteit van dergelijke urbane ruimtes die hij vervolgens zo goed en zo kwaad als het kan op analoge wijze en op midden-formaat vastlegt.
Uitslag pitches:
Femke van Heugten 311 euro
Janine Schrijver 441 euro
Bart Koetsier 961 euro
Ton Hendriks (huisfotograaf De Donkere Kamer) exposeert t/m 2 september Stadsgezichten in de Melkweg Galerie in Amsterdam.