Al om negen uur ’s ochtend bruist het Brooklyn Bridge Park. Het is weekend en dat merk je gelijk. Kinderen spelen in het gras,veel joggers en er lopen opmerkelijk veel fotografen voorbij met zware spiegelreflexen om hun nek. Honderden mensen lopen langs The Fence en als ik aankom bij PHOTOVILLE ligt het dorp er gemoedelijk bij.
Ik drop een paar kilo Photostory 2012 flyers bij de Information Booth en loop het dorp verder in. Gelijk rechts van me zie ik de stand van WIN Initiative. Hans Neleman en team geven gratis portfolio reviews en bieden me een glas witte wijn aan. Dit begint lekker. Hans vertelt hoe WIN eigenlijk spontaan ontstaan is doordat hij andere fotografen ging helpen bij shoots en hij beeld van andere fotografen toegestuurd kreeg. Selecties van dit beeld is hij aan gaan bieden, en zo ontstond het concept voor WIN; een nieuw soort stock agency dat in authentiek, edgy beeld voor commercieel en redactioneel gebruik voorziet. Mijn glas word bijgeschonken en we bespreken ideeën voor samenwerking tussen WIN en Viewbook. Daar lijken interessante dingen mogelijk te zijn. Er schuiven fotografen met hun mappen aan voor review en ik loop verder het dorp in.
Hans is niet de enige Nederlander in PHOTOVILLE. Voor in het dorp staat een container waarin het werk van maar liefst 28 Nederlandse fotografen tentoon gesteld wordt. De container zit propvol bezoekers. Curator en organisator Aloys Ginjaar heeft het thema The Wonder of Woman in het leven geroepen en geeft me een rondleiding. Soms twee, soms vier foto’s uit een serie per fotograaf geven een kleine ‘indruk’ van hun werk. Verschillende stijlen, van rauw-documentair, compleet geënsceneerd tot glad en zoet geportretteerd vrouwelijk schoon. Speelsheid, lieflijkheid, kracht, erotiek, Aloys heeft een breed en gevarieerd beeld neergezet. Soms gaan foto’s van verschillende fotografen niet zo goed samen, wat hier en daar een wat onrustig effect geeft. Er zit veel goed werk bij. Het werk van Lilith Love, Jenny Boot, Maartje Roos en Speer spreken mij vooral aan. Het is een vrolijke bedoening, maar dat was gistermiddag tijdens de opening wel anders. De regen sijpelde toen naar binnen en de wind blies de prints van de containerwanden. Maar de expositie werd niet veel later koninklijk geopend door Excellentie Rob de Vos, Consul-General of thé Kingdom of thé Netherlands in New York.
Ik vervolg mijn weg en loop de expositie Raskols, The gangs of Papua New Guinea in van fotograaf Stephen Dupont. Heftige, grote krachtige zwart-wit portretten kijken me glazig aan. Verderop de tentoonstelling van Featureshoot.com editor Alison Zavos. Ze toont het werk van 6 jonge fotografen, allen onder de 22 jaar, die onder de titel Underage thema’s als ‘eerste liefde’, ‘experiment’ en ‘de zoektocht naar avontuur’ aansnijden. Prachtig intiem werk. Heel gaaf zijn de gelaagde kleurenspectra en digitale display geïnspireerde werken van Valentin Ruhey uit Oostenrijk.
Opgewekt kom ik bij de New York Times-container. Michelle McNelly, director of photography van de betreffende krant, heeft een serie samengesteld onder de titel A Decade of War. Zwaar schokkende, ongecensureerde oorlogsbeelden van Afghanistan, Irak en de 9/11 ramp. Dat hakt er hard in. Foto’s van bebloede mensenrompen, beestachtige mishandeling, confronteren me met de gruwelijkste realiteit van onze tijd. De Magnum-container die ernaast staat brengt onder de naam China’s Rat Tribe een heel ander indrukwekkend verhaal. Deze expositie is onderdeel van een breder initiatief van Magnum om de betekenis en de waarden van het ’thuis’ te verkennen. Je loopt letterlijk één van de ondergrondse kamers binnen van een weinig verdienende migrant die van het achterland naar Beijing is getrokken op zoek naar een beter leven. Naar schatting leven er 6 miljoen migranten in Beijing. Door de torenhoge vastgoedprijzen in de stad hebben deze mensen geen andere mogelijkheid dan in deze 7 á 8 m2 kleine kelderwoningen te wonen. De combinatie van foto’s en het letterlijk creëren van een leefruimte in de container werkt erg sterk. Dit is verhalen vertellen!
Dan kom ik bij een container aan die compleet verduisterd is. Ik loop naar binnen en zie niets dan duisternis. Ik hoor dat er andere mensen in de container aanwezig zijn. Ik loop verder en dan zie ik door een klein gaatje in de container een scherpe straal licht naar binnen stralen. Op de binnenwand projecteert dit licht subtiel de contouren van de buitenwereld. Dan valt het kwartje. Ik bevind me binnen in een enorme pinhole camera! En wonderbaarlijk als het is, de projectie van de buitenwereld staat inderdaad ondersteboven!
Een tweede indrukwekkende tentoonstelling van Magnum is van Bruce Gilden. Met zwart-witte contactsheets op de containerdeuren, een zware ketting die bezoekers buiten de container houdt en een film die binnen op de achterwand geprojecteerd wordt verteld Gilden een verhaal over ‘verhinderingen’, over het sluiten van een desolate buurt in Cape Coral-Fort Myers, Florida, door een gebrek aan financiering. Hij roept anderen ook op om verhalen in te sturen voor het thema Foreclosure.
Open Society Foundations presenteert de expositie Tent Life: Haiti. Wyatt Gallery documenteerde de nasleep van de aardbeving in Haiti die miljoenen Haitianen dakloos maakte. Terwijl het verdriet en leed overheerst stralen de prachtige foto’s veerkracht uit. Het is toch gek hoe veel schoonheid er in het beeld van leed verscholen kan zitten.
Er zijn te veel interessante exposities om allemaal in dit verslag te beschrijven. Zeker driekwart van de vele containers op het terrein bevat een fijne rijkdom voor mijn oog en intellect. Gedurende de dag worden ook de presentaties en workshops goed bezocht. In de avond zorgt de presentatie van Brian Storm, van MediaStorm, voor een fraai en interessant schouwspel in de schemering.
Ik denk na over hoe ik de werken in deze zeecontainer-festival-vorm ervaar. Door het ruwe, low-fi karakter komen de werken toch wel heel anders uit dan in een ‘sjieke’ witte galerie. Maar deze manier van presenteren heeft zeker ook zijn kracht. Het zet het werk minder op een voetstuk en daardoor ervaar ik het als ’toegankelijker’, meer ‘in het echte leven’. De ruwe stalen wanden van de containers geven in veel situaties ook een mooi contrast met het fijne fotografische werk en de lichtinval van een zeecontainer is trouwens erg fraai.
Als ik dit vergelijk met de manier waarop ik de fotografie heb ervaren bij bijvoorbeeld het sjieke Paris Photo, dan vind ik deze ervaring eigenlijk wel heel verfrissend. Het zijn natuurlijk hele verschillende werelden die verschillende doelen nastreven. Opmerkelijk is dat gerenommeerde partners als Magnum, New York Times, International Centre of Photography, waar je eigenlijk een ‘statige’ presentatie van verwacht, zich ook op deze manier presenteren. Wat ik erg goed vind is dat PHOTOVILLE georganiseerd is door een klein onafhankelijk team. Ze laten hiermee zien dat het mogelijk is om ook met een relatief klein budget toch best veel van de grond te krijgen. Door veel samen te werken met andere partijen, het inzetten van crowdfunding via Kickstarter en Fractured Atlas hebben ze een prachtig festival neergezet.
Dag 4. Het afscheid
Op de zondag draait PHOTOVILLE weer op volle toeren. Ik breng nog een kort bezoek aan het dorp, neem afscheid en vertrek dan naar East Village waar ik een brunch afspraak heb met Casey en Carly, de oprichters van Slideluck Potshow. Bij elkaar was het een zeer geslaagd eerste weekend van de eerste editie van PHOTOVILLE. Donderdag gaat het weer open met een vol programma dat dan tot en met zondag avond doorloopt. Ik vlieg weer terug naar Nederland. Om meer van PHOTOVILLE te zien zul je dus nu zelf naar New York moeten vliegen! Adieu!
De afgelopen dagen deed Alrik Swagerman verslag vanuit New York over PHOTOVILLE. Swagerman is mede-oprichter van de online portfolio website builder Viewbook.com en oprichter van de jaarlijkse Photostory contest. Met zijn achtergrond in fotografie, design en marketing initieert en ontwikkelt hij producten en evenementen die fotografen en hedendaagse fotografie ondersteunen.
Volg @alrikswagerman op Twitter
Eerder verscheen:
Verslag van Photoville, dag 1
Verslag van Photoville, dag 2